ElASltK
Afb. 2. Fietsplaatje met gat
want een fietstochtje op zondag met gebruikmaking van
het kosteloze fietsplaatje was streng verboden.
Ook op andere manieren werden werklozen gestigmati-
seerd. Kinderen van steuntrekkers kregen bijvoorbeeld
van de bedeling kniekousen uitgereikt, maar wel met
een rood randje. Ook uitgereikte kleding en uitgereikt
schoeisel (klompen) waren op die manier herkenbaar
gemaakt.
Wat deed het gemeentebestuur?
De gemeenten gingen naarstig op zoek naar werkver-
schaffingsproj ecten
In Heiloo werd in 1929 een raadscommissie voor werk-
verschaffing ingesteld. Deze commissie beeindigde haar
werkzaamheden echter alweer op 26 februari 1930,
omdat zij meende dat de tijd voor productieve arbeid
weer was aangebroken. Dat was wel erg optimistisch
gedacht; de grootste ellende moest nog komen. Op
15 december 1930 moest er dan ook al weer een werk-
lozencommissie worden ingesteld. Zij bestond uit de
raadsleden Opdam, Sengers, Vrijburg, Vahl en Keesman.
Artikel 1 van de regeling voor tewerkstelling luidde:
"De onvrijwillig werkloze arbeiders die in normale
omstandigheden geregeld als arbeiders werkzaam
waren, die in de gemeente Heiloo tenminste zes maan-
den een werkelijke woonplaats hebben en in die zes
maanden gedurende ten minste twee maanden werk
zaam zijn geweest in het vrije bedrijf kunnen bij de
gemeentelijke werkverschaffing te werk worden gesteld".
Al op de eerste zittingsdag meldden zich 24 personen
met een aanvraag voor werk. De commissie besloot toen
een begin te maken met het opruimen van de vuilnisbelt
van Heiloo. Men had toestemming gekregen om de
vuilnis in het Overdie te storten.
Al gauw was er te weinig werk om alle werklozen aan
productieve arbeid te helpen. In februari 1931 meldden
zich 34 werklozen van wie er 11 aan werk konden worden
geholpen, de anderen konden weer naar huis gaan.
Verder wist de commissie nog 8 werklozen bij de provin-
ciale werkverschaffing in Bakkum onder te brengen. Op
dat moment werd er ook een begin gemaakt met het
verharden van de Schuine Hondsbosschelaan. In die
februarimaand werd werk aangeboden aan 25 werklozen,
van wie een derde deel uit tuinders bestond.
Hulp aan schoolkinderen
In november 1931 werd in de gemeentelijke begrotings-
commissie de wens geuit om aan kinderen die tussen de
middag op school bleven gedurende de wintermaanden
een kopje warme melk te verstrekken. Burgemeester
Van Foreest ontraadde echter deze wens en stond daarin
niet alleen. Allerlei argumenten gingen over tafel. Men
moest bedenken dat hiervoor werk zou moeten worden
verricht en dat er niet geringe kosten aan verbonden
zouden zijn, namelijk 200. De gegoede kringen
zouden zelf wel een oplossing voor hun kinderen kunnen
vinden, terwijl er op de bijzondere scholen geen belang-
stelling voor zou zijn. De voorstanders hielden vol. Herin-
nerd werd aan de winter van 1928 toen burgers aan
sommige schoolkinderen een maaltijd verstrekten, dus
waarom nu niet bij koud weer een kop warme melk aan
alle schoolkinderen?
Schoorvoetend stelde de burgemeester ten slotte een
compromis voor. Als het de komende winter zo koud
zou worden als in 1928 zouden B en W wel gedurende
een paar weken, bij wijze van bijzondere maatregel,
willen voldoen aan de wens. Maar het zou voor burge
meester Van Foreest niet de enige keer zijn dat hij de
tekenen van de tijd niet helemaal doorhad.
Helpende instanties
Enkele instanties deden ondertussen hun best het leed
onder de werklozen in Heiloo te verzachten.
De Vereniging "Het Mobilisatiekruis", waarvan in 1931
de heer K. Heidelberg de voorzitter was, was een van die
instanties. Nederland kende in de Eerste Wereldoorlog
veel langdurig gemobiliseerde militairen. Zij kwamen
daardoor in aanmerking voor een onderscheiding, maar
hen werd echter geen mobilisatiekruis toegekend. Pas
later, in 1924, wel, maar toen dienden zij zelf het mobi
lisatiekruis te kopen. Bezitters richtten daarna op
19 februari 1925 de Nationale Bond het Mobilisatie
kruis op. De organisatie verleende hulp aan de leden die
in moeilijkheden geraakten.
4 eA?