Fietspad van heiloo naar egmond V Jan de Gruijter In 1900 zijn er plannen gemaakt om een trambaan aan te leggen van Egmond aan Zee naar Alkmaar. Deze trambaan is er inderdaad gekomen en liep voor een groot deel door de Egmondermeer. Al in de memorie van toelichting op het voorstel tot steun aan die tram plannen stelde de regering in 1901 al vast dat er tussen de Egmonden en de omliggende plaatsen geen goede wegen bestonden en dat daardoor opkomst en bloei werden belemmerd. Er zijn toen plannen ontworpen om die verbindingen te verbeteren, maar het duurde allemaal erg lang. Uiteindelijk heeft de 'Rijwielpadvereniging Noord Kennemerland' in 1920 getracht een rijwielpad van Heiloo naar Egmond tot stand te brengen. Het bestuurs lid de heer Veldkamp uit Heiloo heeft daar toen veel moeite voor gedaan. Maar de eigenaren van de gronden waarover dit pad zou moeten worden aangelegd zei den: "Over ons land komt geen rijwielpad!". Hoewel het slechts een rijwielpad betrof werden de plannen toch weer opgeborgen. Maar de bestaande wegen van Egmond naar Heiloo en Alkmaar behoorden nog steeds bepaald niet tot de beste. (De Zeeweg werd pas in de dertiger jaren aangelegd.) Ook wielrijders vermeden ze zoveel mogelijk. De VW-besturen van Heiloo en Egmond lieten het er daarom niet bij zitten. Zij achtten een kortere verbinding tussen het bosrijke Heiloo en het 'Zeebad Egmond' van groot belang. De twee plaatsen waren op elkaar aangewezen. Men ging daarom plannen maken voor een fatsoenlijke rijweg. Deze was echter omstreeks 1930 nog steeds niet haalbaar. De ontworpen rijweg werd weer teruggebracht tot een fietspad. De Rijwielpadvereniging Noord-Kennemerland nam de leiding in handen en op initiatief van haar voorzitter de heer J.P. Bosman werd tot de aanleg van het rijwielpad besloten. De gemeentebesturen van Egmond aan Zee, Egmond Binnen, Heiloo en Alkmaar zorgden voor de financiën terwijl ook de 'Maatschappij Noordzeebad' te Egmond aan Zee en Provinciale Staten hun steentje bijdroegen. Het rijwielpad werd aangelegd naar een ontwerp van de heer K. Veldkamp, de gemeentearchitect van Heiloo. In het ontwerp zaten veel bochten, omdat er zoveel moge lijk gebruik werd gemaakt van de bestaande landwegen. Er behoefde op die manier niet zoveel grond te worden aangekocht. Het pad zou beginnen ten zuiden van Egmond aan de Hoef langs de kalkovens en door de weilanden naar de Wester- weg in Heiloo. In Heiloo begon het pad aan de Westerweg tussen de Rechte- en de Schuine Hondsbosselaan, waar nu de Bayershoffweg is (zie kaartje pag. 4). Die bestond toen nog niet en de Westerweg was vanaf de Kerkelaan nog praktisch onbebouwd. Wel liep er een pad vanaf de Westerweg naar de boerderij de Driestal van het raadslid P. van 't Veer. Die lag circa honderd meter van de Wes terweg af. Vandaar liep een pad, genaamd de Boterdijk, naar de daarachter gelegen weilanden. Het 800 meter lange pad was eigendom van de gemeente en verkeerde in goede conditie. Over de Boterdijk belandde men bij het poldergemaal de aan het Maalwater en daar voorbij doken de eerste hindernissen op. Dat waren de gesloten damhekken langs de boerderij van de weduwe Admiraal. Deze dien den natuurlijk te verdwijnen om de weg vrij te maken. Vandaar kwam men op een particulier terrein ter grootte van circa 1 hectare dat door de Vereniging zou worden aangekocht. Daar voorbij kwam men uit op de Straatweg in Egmond Binnen en wel langs het Zomerdijkje en de Mossellaan, langs de z.g. Oude Boerderij, 50 meter ten zuiden van de trambaan en vandaar langs de Duinweg naar Egmond aan Zee. Voor zover de bestaande wegen eigendom van de gemeente waren, maakte men gebruik van het oude tracé. De lengte van het nieuw aan te leggen gedeelte was 1450 meter. De totale lengte van de hele weg was 5 kilometer. In twintig minuten zou men van Heiloo naar zee kunnen fietsen. Een verslaggever verwoordde het als volgt: "Langs malse weilanden waarin het vee rustig graast, het hooi in oppers staat, waar de leeuwerik opstijgt, daar waar 3

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2012 | | pagina 5