Afb. 5: Diana en Actaeon
Afb. 6: Vertumnus en Pomona
kunstenaars nog altijd een bron
van inspiratie, spelen zich af in de
natuur en soms ook in een tuin.
De filosofie erachter is de leer van
de eeuwige verandering. Alles in
de kosmos is altijd in beweging,
niets blijft gelijk, maar ook niets
vergaat volledig. Op buitenplaatsen,
waar verblijf in de tuin werd afge
wisseld met de jacht, het lezen van
boeken en het ontvangen van gasten,
werden deze thema's dikwijls in deco
raties toegepast.
Links van de schouw, aan de kant
van het bos, is de jacht uitgebeeld,
aan de tuinzijde rechts het tuinie
ren. Ook op landgoed Nijenburg
behoorden jagen en tuinieren tot de
geneugten van het leven. Altijd liepen
er jachthonden rond.
Het tafereel boven (afb. 5) vertelt het
verhaal van Diana, godin van de jacht
en van het bos, hier afgebeeld met haar
gezellinnen. Zij draagt een kort
gewaad, een pijlenbundel op haar
rug en houdt een boog in haar hand.
Actaeon, een Grieks jager, had haar
bespied tijdens het baden en haar
naakt gezien. Toen zij dat merkte
was zij zo beledigd dat zij hem veran
derde in een hert, waarna zijn eigen
jachthonden hem doodden.
Het tuintafereel rechts (afb. 6) laat
het verhaal zien van Vertumnus,
beschermgod van de tuinen en het
ooft, en van Pomona, godin van de
boomvruchten. Vertumnus bezat
de macht om zich te veranderen in
gedaanten. Verliefd op Pomona
maakte hij haar het hof. Zij wees hem
af. Telkens opnieuw probeerde hij
haar te verleiden, steeds in een andere
gedaante. Tevergeefs. Toen hij ten slotte de gedaante had
aangenomen van een oude vrouw en Pomona wist te
overtuigen van de goede eigenschappen van Vertumnus
veranderde haar houding. Aan de langs vliegende cupido
zien we dat zij zijn liefde uiteindelijk beantwoordde. De
godinnen Diana en Pomona personifiëren beiden de
kuisheid.
Restauratie van de grisailles
Voor de restauratie in 2008/2009
verkeerden de schilderingen door
vochtschade in een deplorabele
toestand. Thans zijn ze weer in volle
pracht te bewonderen. Dat hebben
we te danken aan Bert Jonker,
restaurateur in Zwolle die de schil
deringen deskundig en met veel
zorg en geduld heeft hersteld.
Aan de foto bovenaan pagina 15
(afb. 7), een strijklichtopname van
de verflaag op het rechterdoek, is
te zien hoezeer de verflaag van de
ondergrond was losgelaten.
De vele losse verflagen zijn eerst weer
vastgezet op de ondergrond. Hierna
is de sterke vervuiling verwijderd.
Dit was een moeizaam proces waar
bij de vervuiling centimeter voor
centimeter voorzichtig opgelost en
weggehaald werd. Vervolgens wer
den de vele lacunes in de verflaag
opgevuld tot het niveau gelijk aan
de omringende verflaag. Hierbij werd
rekening gehouden met structuur
en deformatie van deze verflaag.
Ten slotte zijn alle beschadigingen
in de juiste toon gebracht met een
reversibele retoucheerverf De afbeel
dingen op pagina 15 (afb. 8 en 9) zijn
gemaakt tijdens het restauratieproces.
We zien de vervuiling van de schil
dering en de vele lacunes in de verf
laag die moesten worden opgevuld.
Het testament van Maria en de
eerste Van Foreest op Nijenburg
Een jaar na het overlijden van haar
man, in 1741, maakte Maria haar
laatste wilsbeschikking. Korte tijd
daarna overleed zij zelf nadat zij
dertig jaar lang van de buitenplaats
had kunnen genieten.
Haar broers en zuster noch zijzelf lieten kinderen na
waardoor het geslacht van Egmond van de Nijenburg
zou uitsterven. Tegelijkertijd bezat zij een enorm vermogen
in kapitaal en onroerend goed. Voor haar nalatenschap
koos zij voor de twee naaste mannelijke verwanten
van haar moeder: haar oom Nanning (1682-1745) en
14