Afb. 1. Geromantiseerde afbeelding van Willibrord en zijn gevolg te Utrecht op een schoolplaat van J.H. Isings (1884-1977). De reacties Tot zover het 'verhaal' zoals dat in meer uitgebreide vorm in de Heylooer Cronyck van december 2010 is weergegeven. Nu de reacties op dat artikel. Drs. W.A. Fasel, oud-stadsarchivaris van Alkmaar, schreef in februari 2011 dat (ook) de archeologie geen duidelijke aanwijzingen geeft dat in de achtste eeuw sprake is van bewoning in Alkmaar en Heiloo. Uit de waarnemingen van Halbertsma en Cordfunke op basis van de opgravingen bij de Witte Kerk in 1965 kan men volgens dhr. Fasel niet concluderen dat op die plek ca. 700 een (houten) kerkje heeft gestaan. Fasel plaatst vraagtekens bij de dateringsdeskundigheid van archeo logen in het algemeen, omdat de datering vaak wordt verricht op basis van opgegraven aardewerk. Zijn opvattingen worden ondersteund door onze mederedacteur Jan de Gruijter, op basis van literatuur onderzoek. Bewoning van Utrecht aan het einde van de zevende en het begin van de achtste eeuw is niet bewezen. Tussen de bewoning van de Romeinen in de derde eeuw en bewoning in de negende of tiende eeuw gaapt een gat. Hij noemt ook allerlei aanwijzingen die aangeven dat een verblijf van Willibrord in Utrecht moeilijk te bewijzen valt, laat staan dat zijn zendingsarbeid zich heeft uitge strekt naar het noorden, naar Heiloo. De Gruijter geeft ook aan dat de paus had verboden vanuit putjes en bron nen te dopen. Dit in verband met het 'heidense karakter' dat aan bronnen en putten kleefde. En Willibrord was zeer Rome-getrouw. In de annalen van Egmond van voor de twaalfde eeuw komt St. Willibrord als bisschop van Utrecht dan ook nergens voor. Daarmee komt de vroegmiddeleeuwse historie van Utrecht wel in een ander daglicht te staan. De Gruijter schrijft: "Het nege ren van deze gegevens is vooral veroorzaakt door de ver blindheid van historici die Utrecht als hetTrajectum van Willibrord willen blijven zien." Het verband tussen Willibrord en Heiloo baseert men op Sn® 9 Mwmo&tt. OF VflMH 131 H IKII.'?-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2012 | | pagina 11