Het volgende verhaal typeert zijn onverschrok
kenheid
Eens, nadat hij zijn nachtelijke ronde door de Heilooër
straten had gemaakt en van zijn welverdiende nachtrust
genoot, riep zijn vrouw hem weer wakker, panisch
uitbrengend: "Ik hoor inbrekers!" De dappere, nog
slaperige veldwachter verliet omzichtig de echtelijke
sponde in de richting van de slaapkamerdeur en inder
daad hij hoorde het geluid van voetstappen in het
naastgelegen raadhuis! Het leek hem zeer verstandig
collegiale hulp in te roepen. Als een haas rende de man
der wet naar buiten en bijna struikelend bereikte hij het
huis van collega-rijksveldwachter Rodenburg. Pieter Vos
legde hem haastig de penibele situatie uit: inbraak in het
raadhuis! Rodenburg klom op zijn rammelende fiets en
zij spoedden zich samen naar de plek des onheils, in de
nabijheid waarvan mevrouw Vos in duizend angsten
verkerend diep onder de dekens was gekropen.
Ondertussen hadden de dienaren der wet een krijgsplan
besproken. Echter Rodenburg maakte in zijn haast een
verkeerde manoeuvre met zijn rijwiel, smakte tegen de
grond en droop geblesseerd af. Nu stond Vos er alleen
voor, maar toonde desondanks zijn onverschrokken
heid. Hij rende het raadhuis binnen, zag links en rechts
inbrekers wegschieten, maar wist er toch een in de kraag
te vatten. De boef werd in het cachot onder de kerktoren
gebracht. De volgende dag vertelde de dappere diender
met gezwollen borst aan een ieder die het horen wilde
wat hem in de doorwaakte nacht was overkomen.
Maar de veldwachter deed in het dorp Heiloo meer dan
alleen boeven vangen. Voor vele trouwlustigen was hij
een vraagbaak die als geen ander de weg in de papieren
rompslomp wist te vinden die met een huwelijks
verbintenis gepaard ging. Het kostte de jongelui dan
wel een gulden 'handgeld', maar dat hadden ze er door
gaans graag voor over. Was de trouwdag aangebroken,
dan liep veldwachter Vos in ceremonieel tenue door
Heiloo en hij vergezelde het bruidspaar tot bij de
ambtenaar van de burgerlijke stand. Blijkbaar was hij
daarna ook wel eens getuige bij de huwelijksvoltrekking.
Compleet met helm en sabel deed hij het bruidspaar na
de plechtigheid weer uitgeleide met in zijn zak een
zilveren gulden. Ook trad Vos dikwijls op als getuige bij
een doop.
De sabel van Vos is nog te bewonderen in de Oudheid
kamer Heiloo. Ook bevindt zich daar de gevelsteen van
het oude raadhuis.
De sabel van veldwachter Vos
Bij nadere beschouwing van het sabel van veldwachter
Vos blijkt dat de sabel -onder enig vuil en roest- fraaie
versieringen toont. Het blad van de sabel, de kling, laat
een aantal versiersels zien die pas nader kunnen worden
bekeken als de sabel is opgepoetst. Het gevest toont een
fraai uitgevoerde leeuwenkop. De schede van het sabel
is gemaakt van leer. Het verdient aanbeveling een
deskundige eens naar de sabel te laten kijken.
Afb. 2: Sabel van veldwachter Vos
Afb. 3. Gevest van de sabel van veldwachter Vos
21