2. Eerst een stukje Europese geschiedenis
Er zijn waarschijnlijk maar weinig schriftelijke bronnen
die een betrouwbaar beeld schetsen van de vroege
middeleeuwen van het gebied dat we nu Noord-
Holland noemen. De inheemse bevolking van onze
regio was nog niet geletterd. We moeten ons dus, wat de
geschreven teksten betreft, verlaten op wat de Romeinen
hebben geschreven over onze voorouders. Dat was ook
om politieke' redenen gekleurd. De bevolking die men
aantrof beschreef men als woeste, ongeciviliseerde
barbaren. Daarom gaven de legeraanvoerders aan dat er
veel soldaten nodig waren om ze te bestrijden.
De Romeinen hebben vooral in de eerste eeuwen na
Christus grote delen van West-Europa (en meer) bezet.
De Romeinse cultuur heeft een grote invloed verworven
in de bezette gebieden. Deze gebieden strekken zich
onder meer uit tot de 'limes' (grenslijn) de Oude Rijn,
in onze streken, en Hadrian's Wall (tussen Engeland en
Schotland).
Afb. 2: Een overgebleven deel van Hadrians Wall in
Noord-Engeland
De Romeinse cultuur heeft, na de keuze voor het
christendom door keizer Constantijn rond 312, grote
betekenis gehad als 'draaggolf' voor het christendom.
In onze regio leefden in die tijd de 'Friezen', 'Frisii'
genoemd in de Romeinse geschriften. Het volk, levend
van landbouw, veeteelt en jacht, woonde in een duinge
bied langs het Oer-IJ. Archeologische vondsten, zoals
onlangs in Castricum, leveren een belangrijke aanvul
ling op voor de kennismaking met dit volk. Hoewel de
Romeinen zich, niet geheel onterecht, superieur
achtten, onder andere op militair gebied, gingen zij te
ver in het overvleugelen van de Friezen. In een beslis
sende slag in 28 na Christus werden de Romeinen bij
Velsen en Baduhenna verslagen en zij zijn er nooit meer
in geslaagd de Friezen te onderwerpen.
Afb. 3: Strijd tussen de Romeinen en de Friezen
Van het midden van de derde eeuw tot het einde van de
vierde eeuw ontstond, neemt men aan, een 'bevolkings
hiaat'. Waarschijnlijk door klimatologische oorzaken
(onder andere kwam er een hogere waterstand) nam de
bevolking van onze streken zeer sterk af. Toch was er
blijkbaar nog wel enige bewoning in die tijd. Immers de
in Castricum opgegraven Hilde moet in die periode
(ca. 300) hebben geleefd.5
Tussen de vierde en zesde eeuw na Christus vond de
'Grote Volksverhuizing' plaats. Germaanse stammen uit
Oost-Europa verplaatsten zich naar het westen. Franken
in de richting van Zuid-West-Europa, Angelsaksen naar
Engeland en stammen nieuwe Friezen, verwant aan de
Angelsaksen, vestigden zich in de Noordelijke Neder
landen. Voortdurend waren er conflicten met de Romei
nen, maar ook vond een vermenging van culturen
plaats. Grofweg gesteld: het gebied van de Friezen in
onze streken, zo ongeveer van Zeeuws-Vlaanderen tot
Oost-Groningen, behield een aparte status. De Franki
sche cultuur versmolt met de Romeinse cultuur en na de
val van Rome in de vijfde eeuw waren de Frankische
heersers heer en meester in Zuid-West-Europa. Hun
koning Clovis bekeerde zich met zijn gevolg tot het
christendom (ca. 500) en dat werd de heersende
godsdienst van de Franken. In zekere zin vond ook een
versmelting van de Romeinse en Angelsaksische cultuur
in Engeland plaats. Hetgeen leidde tot een culturele
bloei in Engeland die een hoog aanzien had ook op het
vasteland. Binnen een halve eeuw was Engeland geker
stend.
4