■ff
DE BETEKENIS VAN WILLIBRORD VOOR HEILOO
Wim Buwalda
1. Mag Heiloo Willibrord claimen?
We komen de naam Willibrord nogal eens tegen in
Heiloo. Er staat een Willibrorduskerk met daarbij de
begraafplaats de Willibrordushof. Heiloo is bekend
vanwege de St.Willibrordusstichting. Er is een Willbror-
dusput. Kinderen gaan naar de Willibrordschool. Beel
tenissen van Sint Willibrord bevinden zich buitenaan en
binnenin de kerk aan de Westerweg en op het terrein
van Onze Lieve Vrouw ter Nood. Aan de achterkant van
't Loo ligt de Willibrordusweg.1 Men kan een 7 km
Afb. 1: Afbeelding van St. Willibrord aan de oostzijde van
de Willibrorduskerk
lange wandelroute lopen 'In de sporen van Willibrord'.2
Het belangrijkste standaardwerk dat de geschiedenis van
Heiloo behandelt, 'Heiloo voor en na Willibrord '(1995)
stelt, zoals de titel suggereert, de historische figuur
Willibrord centraal.
Vluchtig onderzoek leert echter dat Heiloo wat betreft
het gebruik van de naam Willibrord bepaald geen uit
zondering vormt. Er zijn tientallen Willibrordusscholen
in ons land. Ruim twintig Willibrordusputjes geven
water. Een dertigtal kerken in ons land draagt de naam
van Willibrord. De stad Utrecht rekent de invloed van
Willibrord tot een zeer belangrijk element van zijn
historie. De ligging van Sint Willibrord, een kerkdorp,
vermaard vanwege zijn wielrenners, in de gemeente
Rucphen in de provincie Noord-Brabant, geeft een indi
catie dat de naam van de heilige het meest voorkomt in
het zuiden van ons land.
Is het wel zeker dat de monnik Willibrord, die werd
opgeleid in Northumbria (Noord-Engeland) en Ierland,
en de oversteek maakte naar het vasteland, rond
de eeuwwisseling van de 7e en 8e eeuw stappen heeft
gezet in een gebied dat door de Romeinen eerder was
beschreven als "het land van de wouden, moerassen en
kwelders met een inheemse bevolking die te woest en te
barbaars was om enige beschaving bij te brengen"?3
A.H. van Berkum komt in zijn opstel 'Willibrord en
Heiloo' tot de volgende slotsom: "Alle archeologische en
litteraire getuigenissen betreffende Willibrords contac
ten met Heiloo nog eens overziende, mogen we zonder
aarzeling stellen dat de oorsprong van de Heilooër kerk
(het Witte Kerkje, wb) op hem teruggaat, d.w.z. op hem
persoonlijk als aartsbisschop van de Friezen, en op zijn
helpers, met name Bonifatius, die hem in de jaren 719-
722 zo van dienst geweest is". "Door deze onbaat
zuchtige arbeid hebben de Northumbrische monniken
ook de bevolking van het vroeg-middeleeuwse Heiloo
voor altijd aan zich verplicht". 4
Op beide conclusies valt wel wat af te dingen.
Sns> 3