ERZOEK NAAR OBJECT IN DE OUDHEIDKAMER
Piet Kuijper
In de zomer van 2009 werd "Oud Heiloo" benaderd
door mevrouw Elissa Auerbach. Zij is afkomstig uit de
Verenigde Staten en wilde graag een bezoek brengen aan
de Oudheidkamer Heiloo. In het kader van een
promotieonderzoek was zij geïnteresseerd in een prent,
die in de Oudheidkamer Heiloo hangt en die
betrekking heeft op de pelgrimage bij Onze Lieve Vrouw
ter Nood na de reformatie.Van deze prent zijn er in
Nederland, behalve die in de Oudheidkamer, nog
enkele exemplaren aanwezig waarvan één in het
Regionaal Archief Alkmaar en één in het Museum
Catharijneconvent in Utrecht. Mevrouw Auerbach deed
o.a. onderzoek naar de verschillende afdrukken die van
deze prent gemaakt zijn. De koperen plaat, waarmee de
afdrukken werden gemaakt, werd in de loop der tijd
soms gewijzigd. Zij kon op grond van de wijzigingen
een volgorde vaststellen waarin de gravures werden
gemaakt.
Om een beeld te geven van het onderzoek laten we
hieronder twee van de gravures zien. In de tussentijd
was er aan de plaat waarmee deze gravure werd gemaakt
iets veranderd. De eerste gravure is afkomstig uit het
Regionaal Archief Alkmaar, de tweede uit de Oudheid
kamer Heiloo.
Elissa Auerbach haalde haar doctorsgraad in augustus
2009 aan de Universiteit van Kansas, Lawrence, Kansas.
Zij stuurde een samenvatting van haar dissertatie aan de
redactie die we hieronder vertaald afdrukken. (Vertaling
Otto van Os)
Maria in Hollandse prenten uit de zeventiende
eeuw na de reformatie
"Deze dissertatie onderzoekt afzonderlijke prenten en
prentseries die de thema s en theologische kwesties
weergeven met betrekking tot Maria in de kunst na de
reformatie in de Noordelijke Nederlanden. Ondanks
het wijdverspreide geloof dat kunstuitingen en devotie
gewijd aan Maria na de reformatie verdwenen uit de
door calvinisten gedomineerde Republiek der Verenigde
Nederlanden, toont de feitelijke hoeveelheid van
bestaande Mariaprenten aan dat de Hollanders door
gingen met haar te vereren, zowel de katholieken als de
protestanten.
Terwijl sommige Mariaprenten de conventionele rooms-
katholieke vormen van piëteit ondersteunden, gaven
andere afbeeldingen haar weer in een wereldse context
om tegemoet te komen aan de intellectuele belangen en
devotionele behoeften van een publiek dat bestond uit
aanhangers van verschillende geloofsovertuigingen,
inclusief de protestanten.
De dualiteit tussen de geestelijke en aardse weergave van
Maria in prenten getuigt niet alleen van de debatten na
de reformatie over haar rol bij devotie, maar liet ook de
culturele en wetenschappelijke verschuivingen zien in
de Hollandse gemeenschap naarmate de Republiek
geleidelijk overging naar de moderne, seculiere tijd.
Het derde hoofdstuk, "De Kapel van Onze Lieve Vrouw
Ter Nood in Heiloo en Mariaverering in de zeventien-
de-eeuwse Hollandse prentcultuur" analyseert het
verschijnsel van de opleving van het katholicisme in de
Republiek van rond 1630. Dit hoofdstuk geeft zowel
een overzicht van de talloze, nog bestaande, schilderijen
en prenten van het bedevaartsoord in Heiloo als ook van
kleine Maria-devotieprentjes voor pelgrims die in de
Hollandse Republiek circuleerden en dienden als
voorbeeld van een visuele cultuur die haar bijdrage
leverde aan de opleving van het katholicisme.
Als studieobject voor dit hoofdstuk fungeerde een
gravure gemaakt door een anonieme kunstenaar, De
Ruïne van de Kapel Onze Lieve Vrouw ter Nood, die
een processie van pelgrims weergeeft rond de ruïne van
de vijftiende-eeuwse kapel in het Noord-Hollandse
dorp Heiloo.
Bij de De Historische Vereniging Oud Heiloo in Heiloo
bevindt zich één van de drie afdrukken van de prent die
in dit hoofdstuk is onderzocht. De prent laat zien dat
Maria met het Christuskind in een opening tussen de
stenen ruïne verschijnt en wel volgens de iconografie als
de Moeder van Onbevlekte Ontvangenis.
22