voeren. Via Bremen werden de produkten vervoerd naar het noordelijk deel van Nederland. Het rode zandsteen zal in Heiloo maar op een beperkt aantal plaatsen zijn gebruikt. Men moet dan met name aan de kerk den ken. De glad afgewerkte achterkant doet vermoeden dat het oorspronkelijk een rechthoekig stuk steen is geweest dat een andere functie heeft gehad. Het is niet gewaagd te veronderstellen dat het stuk steen afkomstig is van de bouwval van de kerk van Heiloo, nu Witte Kerk. In 1573 werd, de pas gerestaureerde, kerk verwoest door de bende van Sonoy, onderhande met de bedoeling een Verschroeide aarde' voor de aanvallende Spanjaarden achter te laten. Tijdens de restauratiewerkzaamheden in de jaren 1964- 1966 is de steensoort op diverse plaatsen aangetroffen. Zo bleek de oorspronkelijke ingang van de kerk met een rode zandstenen plaat te zijn afgesloten. Daarnaast zijn er sarcofagen en sarcofaagdeksels van rode zandsteen aan het licht gekomen.4 De wanden van de Willibrordusput zijn ook afgedekt met grote platen rode zandsteen. Nadat de kerk werd verwoest zullen bouwelementen verspreid zijn geraakt rond de kerk en mogelijk tevens onder de bevolking. Opgravingen op de locatie waar thans het huidige raadhuis ligt leverden enkele bouwfragmenten op van de kerk die tegenover de opgraving gelegen is. Hemelsbreed ligt de kerk nog geen 350 meter van de vindplaats van de zandstenen kerststal. Hoe dan ook, de steen is afkomstig van een middel eeuws bouwelement waarin iemand later een kerststal heeft uitgehakt. Ouderdom Wanneer heeft het uithakken plaatsgevonden? Met de achtergrondinformatie die hierboven is gegeven, komen we al een stuk verder. Vermoedelijk zullen in Nederland de eerste kerststallen in de 18e eeuw zijn opgesteld. De kerststal uit Heiloo zal dan ook niet ouder zijn dan 18e~ eeuws. Geraadpleegde deskundigen geven aan dat de kerststal uit Heiloo door de manier waarop hij is vervaardigd in geen enkele traditie past. Dit leidt tot de conclusie dat het uithakken vrij recent heeft plaatsgevonden. Men denkt aan de jaren na de Tweede Wereldoorlog.5 De conclusie stemt niet overeen met het verhaal van de familie Spaans. De heer Spaans groef de kerststal rond 1958 uit. Het huis werd reeds vanaf de jaren '30 door de ouders van heer Spaans bewoond. Voor die tijd was het terrein onbebouwd. Indien het voorwerp in de jaren '30 of later in de tuin zou zijn begraven, dan zouden we mogen verwachten dat de heer Spaans daarvan op de hoogte zou zijn. Het weinige dat echt kan worden vastgesteld is dat het gaat om een middeleeuws bouwfragment dat na de zeventiende eeuw is bewerkt tot een kerststal. Wie de 'beeldhouwer' was is onbekend. Historisch onderzoek plaatst ons telkens weer voor mys teries. Misschien is dat ook de charme daarvan. De kerststal is te bewonderen in de Ozudheidkamer van de Historische Vereniging Oud Heiloo, Bergeon- straat 30. De stal maakt deel uit van de expositie van bet 'religieus erfgoed' van Heiloo. Wim Buwalda 1 Met toestemming van dhr. Tim de Ridder, vereni gingslid, voormalig lid van de archeologische werkgroep en Baduhenna, thans stadsarcheoloog van Vlaardingen, volgt dit artikel grotendeels de tekst van een door hem in 2002 geschreven artikel. Zie: T. de Ridder, Een zand stenen kerststal, een geloofskwestie, Westerheem, jaar gang 51, nr. 6. 2 Vertaling Nederlands Bijbelgenootschap, Amsterdam, 1969 3 In het Oude Testament, jesaja 60, wordt voorspeld dat koningen zullen "opgaan naar uw stralende opgang" en "goud en wierook zullen zij aanbrengen" 4 Zie: J.K. Haalebos, Heiloo voor en na Willibrord, 1995. 1 Tim de Ridder heeft op dit punt medewerkers van het Catherijneconvent in Utrecht geraadpleegd. Sng 79

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2008 | | pagina 21