17
;eologische
t moet zijn
i de ribben
ne aanvul-
te bepalen
1 Li mmen-
■gen of uit
ndwal van
tdekkingen
ise Tijd is
/oorgaande
gebeurtenis
innen. Het
i nog geen
land. Dit
invankelijk
aarom ook
p ongeveer
ige Velsen,
den enkele
delen van
1 gekomen,
lere Friese
verkregen
gebied te
in nadat de
i betalen in
belden zelf
lardmaat te
1 reuzen in
:hofthoogte
;n bleef de
m. <s Door
Bij het grondkeren in de Bergermeer werden twee walvisribben gevonden. De ribben zijn ajkomstig
van een walvis die ter hoogte van het Zeegat van Bergen tussen 3500- 3300 v. Clir. strandde. De
slachtsporen op de ribben tonen aan dat deze stranding niet onopgemerkt is gegaan aan de
toenmalige kustbewoners.
fbloV T elf Ridder
De twee afgehakte walvisribben met slachtsporen.
lengte kortste rib (overlangs gemeten) ca 130 cm
De vierkante en gladde breuk op deze rib verraadt dat er een bijI gebruikt is om deze van de
aangespoelde walvis te verwijderen.
Op de walvisribben zijn talloze kleine kerven zichtbaar. De kleine en dunne snedes onthullen dat de
rib ontvleest moet zijn met een dun metalen voorwerp. pw/- 19J
breedte snedes: 2.7. 2.0 en 2.5 cm