A 3) Een ronde houten tobbe; in de inhoud bevond zich 19e-eeuws materiaal. De diameter was 33 cm. 4) Beerput, alleen de onderste 20 cm was nog aanwezig (zie foto 6). De wanden waren opgebouwd uit houten planken. De inhoud bestond uit een bruine beerachtige substantie, waarin onder meer een klein, dik pijpekopje van een vroeg type, en een aantal scherven werden ge vonden, waaronder Hessisch en Rijper aardewerk (zie fo to 7). De beerput was omstreeks 1600 in gebruik ge weest. De put heeft waarschijnlijk deel uitgemaakt van een houten privaat. 5) De ploegsporen werden doorsneden door vijftien rechthoekige ingravingen op een rij waarin bij elk een klein paaltje voorkwam. In deze grondsporen werden geen vondsten aangetroffen. De functie is onduidelijk; bij de opgraving aan de Raadhuisweg in 1988 hadden we der gelijke grondsporen ook aangetroffen die als afschei ding van een stuk land werden geïnterpreteerd; eenzelf de verklaring is hier ook mogelijk. Op de plaats, waar de ploegsporen aanwezig waren, werd de bouwput verder verdiept vanwege een te bouwen kelder. Dit gaf ons de gelegenheid voor het maken van een groot profiel. De ploegsporen zaten in een cultuur laag die zich duidelijk aftekende in het profiel, zie figuur 5. De voorkomende lagen in het profiel: I 1 licmé I 1 2*ju( CU fan*. h(*l 16=

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 1992 | | pagina 18