werden op het balcon geklopt - het overkapte balcon liep over de gehele breedte van het huis. Wij wilden daar 's zomers wel eens slapen. Dat was een stoïcijnse onderneming: je lag er hard en werd voortdurend geplaagd door allerlei ongedierte. Muggen (IJsselmeer)spinnen en halfdode wespen waren moeilijk te negeren. Ook werden we vaak uit de slaap gehouden door de beweeglijke en koerende duiven. Die nestelden bij overbevolking van de til gezellig in de bloembak ken. Voor alle, naar binnen opengaande ramen hadden we 's zomers horren (en boven de eetkamertafel hing een kleverige vliegenvanger)De omgeving was toen nog ui termate landelijk. In het midden van het balcon was een luik gemaakt. Hierdoor kon, in geval van nood, een sta len brandladder gehangen worden. Gelukig hebben we die nooit serieus hoeven te gebruiken. In 1927 kreeg mijn vader toestemming voor het bou wen van een "bergplaats". Het ontwerp en de uitvoering waren van J. Rus, afmetingen 10 x 10 meter. Beneden wa ren voor- en achtergedeelte gescheiden ruimten; boven was over de hele verdieping de logeerafdeling; er was water en licht en een stookgelegenheid. Op de begane grond was aan de zuidzijde een veran da. De zijkanten daarvan waren met rietmatten dichtge maakt. Je kon er al heel vroeg in het jaar beschut ver toeven. Ieder voorjaar nestelde daar een winterkonink je. 's Zomers klommen de bloeiende blauwe regen en de kamperfoelie langs de steunpalen omhoog. Toen in 194 3 de Bergenaren hun dorp moesten verlaten, voorzag dit schuurhuis in de behoefte van een evacuée. De oorlog maakte een drastisch einde aan deze heerlijke woonsituatie. Door de Duitse bezetters werden we om onduidelijke redenen eerst tweemaal uit het huis gezet. In 1944 werd het afgebroken in verband met de militaire behoefte aan schootsveld en verdediging van de egelstelling Alkmaar. Als vergoeding kregen we een symbolisch bedrag. Van alle huizen, die in wijde kring om Alkmaar heen afgebroken werden, verdwenen de houten delen naar de Houthandel van Conijn. Daar werden ze verwerkt tot blokjes voor de houtgasgeneratoren, waarop bevoorrechten hun auto's konden laten rijden. Ik hoop nou maar, dat al dat hout van "Blockhove" een zinnige

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 1991 | | pagina 11