1
I
4
Des morgens treedt al vroeg
De jonge leeraar binnen,
Die zachtjes wil beginnen
Maar 't komen was genoeg!
'Och lieve Domine!
Ik hoef het niet te hooren.
Ik heb mijn man verloren.
Gedenk mij in uw beê!'
Bij 't deinzen van den nacht
Was 't lijk reeds aangekomen;
Nu werd het opgenomen
En Pleuntje thuisgebracht.
Maar ook een losse plank
Spoelde aan, dien zelfden morgen,
Daarop stond: God zal zorgen -
En dat was waar, God dank!
i
52