Belangrijk en gelukkig was de aankoop door Mr B. van der Feen de Lille, griffier van de rechtbank
te Alkmaar, van het veilingnummer waarin de charters en andere papieren van de familie Van Eg-
mond van de Nyenburg ondergebracht waren. Mr Van der Feen de Lille was gehuwd met de klein
dochter van G. Fontein Verschuir en daardoor in de verte verwant aan de familie Van Foreest en
dus ook aan de Van Egmond's van de Nyenburg. Hij had al in 1898 in het tijdschrift De Neder
landse Leeuw een genealogie van dat geslacht gepubliceerd, maar was toen nog onbekend met het
bestaan van de archivalia in het Van Foreestarchief. De door hem aangekochte papieren zijn met
zijn eigen familiearchief in bewaring gegeven in het Alkmaarse gemeentearchief waar ook het
archief Van Foreest berust. Door deze gelukkige samenloop werd het mogelijk alsnog het archief
Van Egmond van de Nyenburg te reconstrueren.
Ook Jhr Mr P. Van Foreest was gehuwd met een volle nicht, een dochter van zijn tante Alida en
Nicolaas Beets. Toen zij na de geboorte van het vierde kind in 1878 overleed hertrouwde hij met
de uit Amersfoort afkomstig Catharina Louisa Momma. Er zijn toen nog zes kinderen geboren.
Het grote gezin bleef op de Nyenburg wonen ook na de formele eigendomsoverdracht aan de NV
Nyenburg. Als directeur van de maatschappij werd aan de Heer Van Foreest het levenslang bewo-
ningsrecht toegekend. Hij was zoals de Alkmaarse Courant nog op 18 juni 1927 schreef: "de oude
heer Foreest, die ieder in deze streek gekend heeft, de populaire landeigenaar, het liberale kamer
lid, de man die in zovele verenigingsbesturen in deze omgeving een plaats van betekenis heeft
ingenomen".
3 DE N.V. "NYENBURGH" TOT EXPLOITATIE VAN ONROERENDE GOEDEREN,
GEVESTIGD TE HEILOO, 1913 - 1928/1966
De exploitatie zoals die tot uitdrukking komt in de naam van de door Jhr Mr P. Van Foreest opge
richte vennootschap dreef op twee kurken: de tuin en, verreweg het belangrijkste, het hout. Dit
laatste was, zoals hiervoor reeds ter sprake kwam, vanouds een bron van inkomsten uit het land
goed geweest. De houtveilingen zijn in de jaren na 1913 de voornaamste activiteit geweest waarmee
de maatschappij naar buiten trad.
De leiding en organisatie ervan was in handen van de Alkmaarse deurwaarder D. Haasbroek. Dit
was gemakkelijk want de van heinde en verre komende kopers waren niet altijd even snel van beta
len. De Heer Haasbroek wist dan de weg om het geld alsnog binnen te krijgen. Dat het om voor
die tijd aanzienlijke bedragen ging laat het volgende staatje zien van de opbrengst van de houtex
ploitatie sinds de oprichting van de NV:
1913
3832.60
1917
29821.94
1921
4016.63
1914
3421.85
1918
33315.381/2
1922
2960.69/2
1915
4742.521/2
1919
8203.61
1923
2860.49/2
1916
6509.58
1920
5891.03
1924
3510.17/2
1925
1510.86/2
1926
1200.—
26