I
3. HARMONIE CAECILIA ZESTIG JAAR IN HEILOO
En hoe is het dan gegaan met „het kind" van „Eensgezindheid", dat in 1923 zo graag „op
eigen benen" wilde staan? Het bestaat in april zestig jaar als de Harmonie Caecilia en is een
bloeiende vereniging gebleken! Na de rel in Heiloo over het wel of niet opvoeren van het stuk
„Allerzielen" van Herman Heijermans, door de toneelvereniging „Falkland", raakte katho
liek Heiloo in rep en roer. Dit stuk werd in de gehele omtrek verboden, maar Heiloo's burge
meester, Jhr. N. van Foreest, liet de opvoering toe. Pastoor Van Meeuwen verbood de
Katholieke leden van Falkland, hieraan hun medewerking te verlenen, en het gevolg van een
en ander was, dat er langzamerhand een scheiding kwam: op instigatie van pastoor Van
Meeuwen zou er een geheel katholiek verenigingsleven komen in ons goede dorp. Het sleepte
nog wat aan, maar uiteindelijk durfden een aantal R.K. leden van „Eensgezindheid" het niet
langer aan en besloten de verboden van pastoor niet langer te weerstreven en traden uit het
korps. Ze wilden een eigen R.K. vereniging van de grond zien te krijgen. Dat lukte wonder
wel, na een bespreking met pastoor Van Meeuwen besloot men tot oprichting te komen van
een R.K. Muziekvereniging, en de contributie werd bepaald op 20 cent per week. De notulen
van deze eerste bespreking evenwel, (30 december 1924 in de Bruno) vermelden, dat Pastoor
erop wees, dat het niet zijn bedoeling was om in deze omstandigheden een R.K. korps op
te richten, maar dat de leden er zelf bij hem op aan hadden gedrongen, juist in deze omstan
digheden „opdat wij meer steun zouden krijgen van onze R.K. „En als wij bij onze neutrale
vereniging zouden blijven, toch steeds weer andere moeilijkheden zich zouden voordoen."
Het bleek dat men toch minstens over een bedrag van 1200,moest kunnen beschikken
om aan instrumenten te komen. Na enkele weken lukte dat via giften en leningen wonderwel.
Pastoor zou zorgen voor een lening van 1000,tegen ten hoogste 4%. Er werd een „bezet
ting" instrumenten besteld en de eigenlijke oprichtingsvergadering was op 8 februari 1925.
Die dag werd het reglement samengesteld en een bestuur gekozen, bestaande uit de heren:
P. Hoetjes - voorzitter, J. Morsch - secretaris, W. Groot - penningmeester, A. Zoon en P.
Haaker werden commissarissen. Ere-voorzitter werd pastoor Van Meeuwen en geestelijk ad
viseur kapelaan Van Kessel. Men telde zeventien leden en twintig instrumenten. Nu nog een
directeur gezocht, die werd gevonden in Castricum in de persoon van de heer P. Kuys, hij
bleef in die funktie tot 1939. Reeds het eerste jaar kon men optreden naar buiten, zo werd
o.a. pastoor Van Meeuwen muzikaal van de trein gehaald na een bezoek aan Rome en ook
bij het Priesterfeest van de weleerwaarde heer N. Bijl was de fanfare present. Caecilia was
trouwens present bij vele andere feestelijkheden, zo werkte ze mee aan processies en bede
vaarten, maar ook bij een feestelijke vergadering van de L.T.B. Het eerste concert werd gege
ven op 9 augustus 1925 en in november van dat jaar de eerste winteruitvoering in het Bruno-
gebouw dat geheel gevuld was. Na afloop werden er enkele voordrachten gedaan door de
31