38=
gende maandag is Barend Schoen zelf aanwezig en mijnt op 225 gulden,
zodat hij eigenaar van het pand wordt voor een bedrag van 2775 gul
den. De koopacte wordt opgemaakt door Notaris Gouwe, maar ontbreekt
helaas in het betreffende archief.
Kort daarop treft het gezin Schoen in het nieuw verworven pand en
begint een handel in grutterswaren, lijnkoeken, cichorei en aanver
wante artikelen. Ook nu bleven zij weer de graanproducten trouw.
Als Barend de boer op ging, was Antje weer achter de toonbank te
vinden. Blijkbaar hadden zij het nu naar hun zin. Ook maatschappe
lijk gaat het hun beter. In 1884 kan Barend zelfs een zakenrelatie
helpen met een lening van 500 gulden en in het adresboek van 1885
staat zijn naam vermeld als kiezer voor de gemeenteraad. Maar ook
het gezinsleven wordt niet verwaarloosd. In November 1885 komt doch
tertje Antje het gezin opvrolijken, zodat moeder Antje niet over
werk te klagen heeft. Toch dreigen alweer donkere wolken boven dit
gezin. Kort na de geboorte van dochter Antje komt Barend ziek te
liggen. Hij zou niet meer beter worden. In de Alkmaarsche Courant
van Zondag 28 Maart 1886 staat de volgende advertentie:
Heden overleed, na eene langdurige ongesteld
heid, zacht en kalm, mijn geliefde echtgenoot
BAREND SCHOEN, in den ouderdom yan ruim
40 jaren, mij nalatende zeven kinderen, die nog
te jong zijn om hun verlies te beseffen.
Alkmaar, 25 Maart 1886
A. Koeman, wed. B. Schoen
Naast de zeven kinderen van Barend Schoen (zie overzicht 5)waar
van in de advertentie sprake is, had Antje ook nog in huis haar
beide kinderen uit het eerste huwelijk: Pieter en Jannetje Kolles.
Ook nu deed zij weer hetgeen voor de hand lag. De handel in grut
terswaren zette zij onverdroten voort om te voorzien in haar eigen
onderhoud en die van haar kinderen. Ook liet zij weer door Notaris
Gouwe op 29 April 1886 een boedelbeschrijving opmaken.
Nog bijna twintig lange jaren dreef zij de winkel uit pure zorgzaam
heid voor haar kinderen, geholpen door zoon Jacob. De andere zoons
voelden meer voor het slagersvak. Als de jongste dochter Antje op
17 Mei 1906 ook in het huwelijksbootje is gestapt en moeder Antje
alleen nog met dochter Jannetje thuis is, vindt zij het welletjes.
Zij doet de zaal over aan zoon Jacob en trekt zelf naar de Gees-
terweg nr. 25. Eindelijk kreeg zij rust na een bedrijvig en moei
zaam leven. Eindelijk kreeg zij de kans te doen hetgeen zij zelf