9
geen nadere toelichting.
De heersende armoede was niet iets bijzonders, maar veeleer
symptomatisch voor de situatie op het platteland; naderhand was
deze één van de oorzaken van de samenvoeging van de ambachts
heerlijkheden Hei loo en Oesdom. Met het oog op hun bevoegdheden
werden de baljuw van Kennemerland en de schout van Oesdom be
volen de aldusontstane situatie als rechtsgeldig te erkennen. Dat
het vermelde jaartal 1455 in werkelijkheid 1456 moet zijn, houdt
verband met het in die tijd gebruiken van een andere jaarstijl,
maar daarover een volgend keer meer. Overigens is het jammer
dat het zegel van het charter verdwenen is, omdat juist de akte
met het ter bekrachtiging aangebrachte zegel, de bewijskracht vor
men van een charter.
Alhoewel de ambachtsheerlijkheden Hei loo en Oesdom door de
zelfde ambachtsheer in leen werden gehouden, functioneerde binnen
elk dorp een eigen bestuurscollege. In de armelijke toestand van de
bevolking in 1456 kwam geen verandering; ja, de situatie verslechter
de als gevolg van onlusten en opstandige bewegingen. In Holland ont
brandde de Jonker-Fransenoorlog, terwijl de Hoeken en Kabeljauwen
voor het laatst nog eens tegenover elkaar stonden. Daarbij moet me
de in overweging worden genomen dat dergelijke oorlogen en veten
grotendeels ten laste van de boeren werden uitgevochten, omdat zij
de strijdende partijen fourage moesten leveren, hetgeen bij weige
ring soms het platbranden van de hoeve tot gevolg had. Bovendien
werd het platteland economisch onderdrukt ten gevolge van het
marktrecht van in opkomst zijnde steden. Al met al een weinig roos
kleurige tijd die de bevolking van Hei loo en Oesdom in 1483 noopte
de landsheer te verzoeken beide plaatsen samen te voegen en één
college van schout en schepenen voor beide plaatsen te laten fungeren.
Dit, omdat door "de slagh van rebelligheyt die buren van Heyloo ende
Oesdom soo groot verlies van volcke hadden, dat zy soo veel mannen-
persoonen niet en behielden". Dat genoemde plaatsen als leen in één
hand werden gehouden, zal zeker een rol hebben gespeeld. Bij grafe
lijk privilege van 1483 ("octrooi" genoemd) werd op het verzoek gun
stig beschikt, met dien verstande, dat beide dorpen voor wat de be
lastingheffing betreft, als twee afzonderlijke dorpen werden beschouwd!
Tevens gold het octrooi voor een tijdsbestek van 14 jaar, waarna op
nieuw zou worden bezien in hoeverre er aanleiding bestond de toestand
te handhaven dan wel te wijzigen.
Het losbarsten van de opstandige beweging van het kaas- en brood
volk in 1491/92 (juist als gevolg van de slechte economische toestand!)