van 1 9 September:
Drs. J.P.H. Bertrand, Kapellaan 13 Heiloo (02205-1288),
voorzitter
Mr. W.A.M. Admiraal, Stationsweg 28 Heiloo (330179),
secretaris
A.A. Veer, Nassaulaan 11 Bergen (NH), (02208-5250),
penningmeester
Mevr. C.M. Haasjes-Strooker, Kennemerstraatweg 1 51
Heiloo (332189)
A. W. Jensch, Schuine Hondsbosschelaan 49 Heiloo (330231)
H.E. Oostendorp, Nic. Beetsweg 50 Heiloo (330187)
Drs. P. Wijn, Dokterslaan 22 Heiloo (334426)
DE ABDIJ VAN EGMOND EN HAAR RELATIE TOT HEILOO
Kort resumé van de lezing van Pater Hof, gehouden op
donderdag 19 Februari 1976.
In het begin van onze jaartelling liep de Rijn langs Utrecht en
mondde uit bij Katwijk. Maar een jaar of tien geleden zijn in
deze omtrek grondboringen verricht door de Geologische
Dienst, en daarbij heeft men ontdekt, dat hier door Noord-
Holland vanaf het oude IJ nog een rivierbedding heeft gelo
pen, die tussen Egmond en Bergen in zee uitmondde. Dit is,
via de Vecht en het IJ een derde Rijn-arm. Dit kan nogal wat
consequenties hebben voor de geschiedenis van onze streek.
U kent het verhaal van Willibrordus, die in Katwijk geland zou
zijn, en dan doorgetrokken is naar Utrecht. Het is natuurlijk
heel goed mogelijk, dat hij hier aan land gekomen is en via
Heiloo, Oegstgeest en Voorhout - hier staan kerken aan Willi
brordus gewijd - naar Utrecht getrokken is. Deze streek,
waar dan ook Heiloo in ligt, moet men zich als een soort wad
denzee voorstellen. Bij vloed kan een platboomd vaartuig van
uit zee binnenkomen. Aangezien men zo hier vanuit zee op
land kon komen, ligt het voor de hand, dat er nederzettingen
gevestigd werden, en zo kan men veronderstellen, dat Heiloo,
Akersloot en Egmond uit het begin van onze jaartelling dateren.
Zekerheid bestaat hieromtrent natuurlijk niet hoewel er bij op
gravingen op het abdijterrein voorwerpen gevonden zijn uit de
eerste eeuw van onze jaartelling, onder andere Romeinse
voorwerpen uit de 1e, 2e en 3e eeuw. Een van de sporen van
2