lange geruime tijd misdienaar. Toen ik een keer in de kerk zat, kwam kapelaan
De Boer naar mij toe. Hij zei: "Je kunt wel stoppen met voor misdienaar
leren, want je moet eerst maar eens meer in de kerk komen."
In de 1ste klas van de lagere school kwam ik Dick Bruinenberg tegen, die zei:
"Je kunt onder de middag wel met mij mee naar huis gaan." En zo geschiedde.
Dick Bruinenberg werd mijn vriend en we zijn altijd bevriend gebleven.
Na schooltijd ging ik lopend naar huis
en zocht mijn vertier op de Sluis met de
buurtkinderen, Greet Putter, Nel Buur
en Truus Vader. Daar speelde ik mee.
Ik ging al op 7-jarige leeftijd, zonder
betaling, helpen bij buurman Piet Kuijs
en buurman Cor de Bie. Koeien melken
en helpen bij het hooien. Verder was
er op de buurt niet veel te doen. De
speeltuin was er nog niet, dus je moest je
zelf vermaken.
Ik heb nog een tijdje bij de welpen gezeten,
bij akela Gon Schut. Gon trouwde later
met mijn neef Adriaan Deijlen. Ik heb
verder niet aan het verenigingsleven van Akersloot meegedaan. Ik had daar
geen behoefte aan.
Ik ging weleens naar het zwembad. Ik kon niet zwemmen, maar kon wel
boven blijven. Ik spartelde zelfs in het diepe water, maar dat mocht later niet
meer van de badmeester. Zwemmen heb ik op latere leeftijd elders geleerd,
samen met Jan Buur en Kees Kerssens.
Totdat ik naar een andere school ging, was ik aangewezen op de Sluisbuurt en
daar bracht ik mijn vrije tijd door.
Ik heb 7 jaar op de lagere school gezeten, omdat ik één keer ben blijven
zitten. De 6e klas bij meester Van der Holst heb ik twee keer doorlopen.
Na mijn lagere schooltijd ging ik voor één jaar naar de landbouwschool in
Egmond-Binnen.
Toen na het eerste schooljaar de schoolvakantie aanbrak, ging ik als
zomerknecht werken in de Boekelermeer, bij Jan Sengers. Ik ging na de
zomervakantie niet meer terug naar school en had inmiddels een nieuwe
werkbaas gevonden. Ik ging werken in Uitgeest bij Cor en Thijs Vreeburg,
die een café en een boerderij hadden, op de boerderij, koeien melken,
hooien en andere werkzaamheden. Als 15-jarige heb ik ook kort gewerkt
bij de Gebroeders Beentjes als opperman bij het plan Oosterwijk, het eerste
nieuwbouwplan in Heemskerk. Mijn zwager, Theo Koper, was daar ook
werkzaam. Op een keer sloeg Theo twee keer achter elkaar op dezelfde plek
van zijn hand en sprong het gat uit maar ik durfde niet te lachen.
6
Jonge Siem samen
met een koe op de
foto.