de Watermolen van de Groote Maet. Zij was in eigendom van het Waterschap De Groot Limmerpolder. Nu is zij van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Op de kaart van Dou zien we nog een paar interessante details, want bij deze molen staat ook sluijs en overhael geschreven. Dit laatste staat ook bij de overgang van het Limmer naar het Heilooër Die. Overhael heeft te maken met het overzetten van de ene naar de andere kant, hier bedoeld als botenoverhaalplaats over het erf van de molen, van de Mientsloot naar de Lij, aan de noordkant van de molen. De Lij lag bij de sluijs aan de noordzijde. Er was in 1846 sprake van een 'brug over de Lij vanden Noordermolen'. Veldnamen in het Diegebied Het gebied als polder bestond nog niet, maar sinds het begin van de jaartelling werd de zogenaamde strandvlakte ten westen van Akersloot overgroeid met veen. Dat gebeurde op de uitlopers van een woelige inbraakperiode van daarvoor, de zogenaamde Oer-IJ inbraak. In de 10de eeuw werd dit woeste veengebied ontwaterd door het graven van rechte slootjes. Een groot deel van deze ontwateringslootjes werd echter uitgediept langs de daar nog liggende kronkelende erosiegeulen uit die voortijd. Door inzakking van het veen werd de grond in de Middeleeuwen al zeer moerassig en was vooral het Overdiegebied daardoor minder geschikt als veeweidegrond, wel als hooiland. 61 Kadastrale minuutplan Limmen blad A-1 1832.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 2019 | | pagina 62