die lelijke trekschuit
duurde niet lang want
we waren spoedig aan
het tolhuis, waar de
raderboot gereed lag,
om ons over het IJ
naar de steiger bij de
Nieuwe Stadsherberg
te brengen, die
geheel op palen in
het IJ gebouwd was.
Die raderboot werd
niet bewogen door
stoom maar door
enige paarden, die
geblinddoekt bene
den in de boot rond liepen. Het was een breed vaartuig dat voor en achter
een roef had, zodat het niet behoefde om te keren. Wij bleven er boven
op en genoten voor het eerst het gezicht op de grote stad. In het IJ zeilde
verscheidene schuiten sommige geladen met kool en toen vroeg ik aan
mijn Vader of er in die schuitjes mensen konden. Een rare vraag! Maar
zij kwamen mij bij het gezicht op al dat grootse wat ik zag, zó klein voor
als de schuitjes die wij van een oude klomp maakten. Toen zij heel dicht
bij ons kwamen of liever toen wij er dicht bij kwamen zag ik dan ook
een heuse man aan het roer zitten. Het was zo ongeveer 2 uur geloof ik,
toen we in Amsterdam kwamen en 't zal wel s'morgens 6 uur geweest zijn
toen we van huis gingen. Wij bleven 's nachts bij tante Aal een zuster van
mijn Vader, die toen woonde in de Runstraat, in een wijnhuis zo als ze dat
noemden.
Tante zat voortdurend achter een toonbank en achter haar stonden
allemaal flessen met dranken. Op een die flessen lazen we "Hempje ligt
op". Wat voor drank dat was weet ik niet. In een vertrek dat daar aan
47
De opstapplaats voor de trekschuit naar Purmerend was hier, op het Schouw. Deze
foto is van rond 1910, dan is er inmiddels al weer jaren een pontverbinding.
Reis met de
trekschuit,
rond 1800.
De trekschuit
bleef nog lang
een populair
vervoermiddel.
'Hempje licht op' was een likeur en het bevatte een ingrediënt dat laxerend werkte.
Vandaar, hempje licht opHet is nog steeds verkrijgbaar.