was gevorderd door de Duitsers. Ik vond werk in de tuin bij Schoon. In
1942 kreeg ik een 'Ausweiss' omdat ik in de tuinbouw werkte en ik werd
geplaatst op boerderij 'Ter Coulster' in Heiloo. Grasland werd omge
ploegd voor het telen van koren en aardappels. Hier was ik twee jaar aan
de slag. Daarna werd ik tewerkgesteld op Texel. Op en om het vliegveld
waren aardappelen gezet en die moesten worden gerooid. In die peri
ode was ook de Georgische opstand, alle jonge mannen moesten met
spoed weg van het eiland, daardoor belandde ik in een werkkamp in As
sen. Het werkkamp zou in die
periode net worden verplaatst
naar Leeuwarden. Met een
kameraad wist ik me te ver
stoppen op de zolder en ach
ter te blijven. Ze vonden ons
niet en we hadden voorlopig
de vrijheid. Samen gingen we
richting Friesland waar we in
de buurt van Bolsward eten
en onderdak vonden op een
boerderij. Hier bleven we
werken en doken we onder
tot het einde van de oorlog.
Na de bevrijding keerde ik
terug naar Akersloot. Mijn
ouders waren inmiddels ver
huisd naar het Raadhuisplein,
Ane m indie, naasf je fietsenwinkel van
Melker.
Naar Indië
Ik vond een baantje in de walserij van de Hoogovens, maar ik vond het
werk maar niets. De hele tijd binnen. Ik wou weg, op zoek naar avontuur.
In Akersloot was er weinig te beleven. Het kwam dus mooi uit dat ik in
mei 1946 een oproep kreeg voor militaire dienst en in Amersfoort werd
gestationeerd. Na een opleiding van 4 maanden werd ik ingescheept en
vertrok ik naar Indië. We kwamen aan in de haven van Priok op Java. We
waren de eerste groep nieuwe militairen die daar werden gestationeerd.
We arriveerden in een voormalig jappenkamp waarin nog Nederlandse
vrouwen geïnterneerd zaten. Onze opdracht was om dit kampement in
te richten voor de troepen die later zouden arriveren. Het was allemaal
een beetje chaotisch. Er waren nog Japanners en ook troepen van het
TNI leger (Leger van de Republiek Indonesia). Residentie Buitenzorg
(zetel van de Gouverneur) was nog bezet door de TNI. Wij kregen de
mei
1947
22