geen spectaculaire zaak. Maar als je bedenkt dat deze dieren op een tuin
of akker met opkomend gewas grote schade kunnen aanrichten wordt
dat anders. En de dorpsbewoners waren afhankelijk van de opbrengst
van hun akkers. Daarom was iedereen verplicht zijn beesten van den
Eersten April tot den laatsten September van ieder jaar op zijne eigen of gehuurde
gronden zoodanig afgedonderd of afgesloten te houden, dat dezelve geene Schade aan
de vruchten of gewassen in de Tuinen op de Erven of op de Akkers van anderen
Eandeigenaren of huurders kunnen veroorzaken.
Worden ze toch aangetroffen op het land bij de buren dan zal de
eigenaar voor iedere zpdanigen haan, Hen, Gans of Eend boven en behalven de
vergoeding van het toegebrachte nadeel, verbeuren Tien Centen en bij herhaling twintig
centen En bovendien: wordt de schade toegebracht door hanen,
hennen, ganzen en eenden waarvan de eigenaar onbekend is, dan zal het
geoorloofd gijn en vrijstaan dezelve op het ogenblik dat het nadeel wordt veroorzaakt
te doden.
Het leven was hard en met halve maatregelen was niemand geholpen.
Bijkomend voordeel, je had nog eens een kip of eend in de pot. Tegen het
loslopen der honden is er ook een keur. En dan moeten we niet denken
aan een verordening die regelt dat honden aan de lijn moeten lopen.
Waarschijnlijk ging er helemaal niemand met zijn hond aan de loop.
Louis Pasteur had het vaccin tegen hondsdolheid nog niet ontdekt en
dus was dit een gevreesde ziekte. Een beet van een dolle hond betekende
vaak een zeker en zeer onaangenaam einde. Vooral in de zomermaanden
kon deze ziekte (blijkbaar) onder honden toeslaan.
Art. 1
Jaarlijks gedurende de maanden Julij en Augustus Zullen Alle Eigenaars en houders van
Honden in de gemeente Akersloot verpligt zjjn, hunne honden in huis te houden, of op hun
Ef aan een Touw of Ketting behoorlijk vast te leggen, op verbeurte eener boete van Een
gulden, zpo menig maal dezelve buiten huis worden bevonden los te lopen.
Art 2
Wanneer door buitengewone hitte of andere omstandigheden, gevaar voor hondsdolheid mogt
geboren worden, zoo ook indien in deze of eene der naburige gemeenten een of meer dolle
honden mogten ontdekt worden, zal het gemeentebestuur door openlijke aanplakking van
biljetten ook in andere maanden van het Jaar den tijd bepalen hoe lang honden zullen behoren
te worden vastgelegd of in huis gehouden op verbeure van dezelve boete, als in vorig artikel
bepaald.
En ook hier weer staat het ieder vrij om in zo'n gesloten periode
loslopende onbekende honden te doden. Voor ons, levend in een zeer
welvarende tijd waar voor dieren alle mogelijke opvang is georganiseerd,
komt dit tamelijk grof over. Het maakt wél duidelijk hoe anders toen
het leven was.
Opgetekend door Wil Buur