Beschouwing van de Akerslootse keuren en
verordeningen uit 1825. (behorende bij het artikel
De keuren uit 1825 regelen nog een paar andere zaken die belangrijk zijn
voor de dorpsbewoners.
Keur tegen hetRdetsnijden op onbehoorlijke tijden tot conservatie der Rietschoten aan de polder
Dijken in of aan de Tangemeer
Art. 1
Tot behoud en conservatie der Teen en
Buitenglooijing aan de Dijken belend
met de Tangemeer onder de%e gemeente
resorterende, gullen de Raetschoten noch
geheel noch gedeeltelijk mogen worden
gesneden of afgeschoren, dan alleen tusschen
den Vijftienden Maart en den vijftienden
April van ieder jaar.
Art. 2
Het gesneden Riet %al niet langer aan den
Dijk of in de Rdetdergen mogen blijven
liggen dan van den vijftienden Maart tot
aan den Ter sten Mei van ieder Jaar, als
wanneer hetzelve overal t(al moeten gijn
weggehaald, ten einde den groei en aanwas
van het Jonge riet te bevorderen.
Deze artikelen maken duidelijk
hoe belangrijk de rietdergen
langs de dijken vroeger waren. Er
groeide vermoedelijk veel meer
riet dan nu nog het geval is. Deze
rietvelden braken de golfslag en
voorkwamen dat er veel afslag
ontstond aan de dijken, (de meer
was waarschijnlijk op veel plekken
ook veel ondieper) In onze tijd
worden de dijken voornamelijk
beschermd door de stenen en
het puin dat er tegen is gestort.
Opmerkelijk is dat er gesproken
wordt van de Langemeer. Zo'n 200 jaar later heeft iedereen het over het
Alkmaardermeer. En ook bijzonder, er staat de en niet het Langemeer.
Ook nu hebben Akersloters het over de meer. Dan is er een keur op het
houden van Hanen, Hennen, Ganzen en Eenden. Op het eerste gezicht
75