1966:
Trijntje Struijf - Prins
In het begin ging ik met een
omgebouwde vrachtwagen, een
keepbak met bankjes, naar de
Hoogovens, later maakte ik gebruik
van het woon-werkverkeer van
Beentjes en de Bruyn.
Later werd het werk uitbesteed en
ging ik werken op het laboratorium,
o.a. flessen vullen met zuren, dat was
V.ln.r.: Freek, moeder een serieus werkje, maar ik vond het
Trijntje, Ada en Tiny geen leuke bezigheid.
Struijf ip kwam daar in gesprek met
Gerrit Struijf
autotank van de klant. In die tijd was er geen zelfbediening.
Na de werkzaamheden bij Roemer, kwam ik vaak zwart van de
olie thuis.
Toen ik daar 3 maanden werkte, vond mijn vader dat ik meer
moest gaan verdienen, want volgens mijn vader kostte ik meer
aan zeep om te wassen dan dat ik verdiende.
Ik durfde dat niet te vragen dus mijn vader ging heen en zei:
"Buur kan Freek niet meer verdienen?" waarop Roemer antwoordde:
"Het is genoeg voor een 14 jarige en ik kan niet meer betalen De reactie
van mijn vader was: "Nou buur, dan is Freek dege week voor het
laatst." De eerstvolgende maandagochtend maakte vader mij
wakker en moest ik op pad. "Noor mijn part gaje naar de Hoogovens"
zei vader.
Ik zag weieens Hoogovenmedewerkers 's middags terugkomen,
zo rond 17.00 uur, maar ik had ze nooit 's morgens rond 06.00
uur zien vertrekken. In het jaar 1947 fietste ik als bijna 15 jarige
jongen richting Beverwijk naar de
Hoogovens, waar ik me meldde aan
de poort. Het bedrijf was toen veel
kleiner dan nu. Ik werd naar een keet
gestuurd waar ze naar mijn leeftijd
vroegen. Ik werd aangenomen en ging
daar als losse werknemer werken, o.a.
opruimen van steenkool. Ik verdiende
fl. 14,00 per week.
Via de keet werkte ik op diverse plekken
op het terrein.
22