Sociaal- economische positie
Eeuwen achtereen, dus vanaf het ontstaan van de 'Swartedijckerpol-
der', was de positie van boeren en molenaars in het poldertje weinig
rooskleurig. Door sterke schommelingen in de conjunctuur was men
economisch zeer kwetsbaar en was het afzetten van zuivelproducten
en vlees bijzonder moeilijk. Niet alleen door economische kwellin
gen, maar ook door het uitbreken van ziekten onder het vee, werden
de veehouders in hun voortbestaan bedreigd.
Zo volgde er van 1714 tot 1720 een desastreuse uitbraak van de pest
onder het vee, waarbij een groot gedeelte van de veestapel bezweek.
In 1744 was er opnieuw tegenslag voor veehouders toen de veestapel
opnieuw door een ernstige ziekte werd aangetast. Het waren slechte
jaren met weinig opbrengsten die tot 1756 duurden. De hoge pacht
gelden konden niet meer worden opgebracht met als gevolg dat er
weinig geld was voor onderhoud aan de dijken. Oorlogen en oor
logsdreigingen o.a. de opstand 1568 -1648 (de tachtigjarige oorlog)
zullen ook ongetwijfeld een negatieve invloed hebben gehad op alle
ontwikkelingen in Akersloot en zijn polders. De Franse overheersing
van 1795-1813, bestond eveneens uit jaren van onderdrukking en
bittere armoede!
Emsemble munten,
stuivers uit de zeventien
de-achttiende eeuw.
Onvrede bij de boeren
In 1870 was er in de 'Swartedijckerpolder' een grote verdeeldheid
onder de boeren. Sommigen betaalden slechts halve polderlasten het
geen leidde tot grote onvrede bij boeren die het volle pond moesten
betalen. Waarom sommigen het voorrecht hadden van halve lasten is
moeilijk en niet met zekerheid vast te stellen. Destijds werden bouw
landen lager gewaardeerd dan weilanden en dat kan hebben geleid tot
verschillen in de verponding (grondbelasting).
Op 11 mei 1870 besloten de ingelanden en het gemeentebestuur
om de omslag voor alle boeren gelijk te trekken en in het ontwerpre
glement op te nemen. Het bewaard gebleven Verpondings-
register van de 'Swartedijckerpolder', in het Regionaal Ar
chief in Alkmaar, verraadt de erbarmelijke toestanden waarin
boeren en molenaars verkeerden. Sommigen konden hun
Verponding niet meer betalen en dreigden alles te ver
liezen. Demografische ontwikkelingen in de 'Swarte
dijckerpolder' fluctueerden in de loop van de achterlig
gende eeuwen zeer sterk. Als gevolg van algemene eco
nomische malaise na 1680 daalde het bevolkingsaantal
tot het begin van de achttiende eeuw.
73