Dikwijls nam vader van de verzamellocatie bij Siem Schoon men
sen mee naar huis, die voor eten, bijvoorbeeld vanuit Rotterdam, op
doorreis waren naar de Noord. Zo kwam het voor dat ik soms naast
een wildvreemde sliep.
Ook gaven vader en moeder onderdak aan evacués, o.a. aan de fam.
Nijman, vier personen en afkomstig uit Beverwijk. Zij woonden in
de voorkamer en wij in de keuken.
Aan het eind van de oorlogsjaren was er haast geen eten meer en gin
gen we naar familie in Warmenhuizen. Willem Terluin bracht ons er
met de bakfiets heen, vader kon ons vanwege razzia niet wegbrengen.
We moesten lopend naar huis terug. Onze klompen waren voorzien
van een dik stuk rubber.
Om ons te kunnen verwarmen aan een vuurtje van het door vader
zelf gebouwde fornuis, sloeg vader het houten kelderluik stuk en
moesten wij, de kinderen, hout sprokkelen. We aten zelfgemaakte
stroop van suikerbieten.
Wanneer er razzia was, ging vader schuilen onder de kalk bij de Kalk
ovens of onder de grond bij café De Vriendschap van Jan Verduin.
Zijn broers Jaap, Willem en Wijnand verscholen zich in het riet bij
het Alkmaardermeer en lagen soms uren in het water.
Restauratie Sint
Jacobuskerk.
Van links naar rechts.
Boven: Jan Leijen en
Ar ie Krom
Onder: Pé Putter,
Jaap Tiebie,
Wouter Dekker,
Willem Tiebie,
Piet Tiebie,
Jan Tiebie (zoon van
Piet) en Piet Velzeboer
6