1848 in Alkmaar. Ook dit huwelijk heeft niet lang mogen duren, want op 22 februari 1852 overleed Berendina. Nog steeds was het voor de onderwijzers moeilijk om van hun salaris rond te komen. De gemeenteraad werd regelmatig door de onderwijzers aangesproken om hun salaris te verhogen. Maar weer het oude liedje; de gemeente had geen geld. In die tijd waren er vier scholen in Akersloot. De school in het dorp, op Boekei, de Schermer en De Woude. Deze scholen moesten alle vier door de gemeente bekostigd worden. Wat voor zo'n klein dorp, met ruim 1100 inwoners, natuurlijk een (te) grote kostenpost was. Kreeg Dirk genoeg van het gebedel om meer salaris of was de dood van zijn tweede vrouw de oorzaak? In februari 1852 solliciteerde hij naar een baan in Rhenen. De Akersloter burgemeester stuurde naar zijn collega in Rhenen een prachtig getuigschrift over Dirk. Werd Dirk niet aangenomen of heeft hij zich teruggetrokken? Hier kunnen we alleen maar naar gissen, want Dirk bleef in Akersloot. Vier jaar later, december 1856, schrijft Dirk een brief aan de gemeente raad. Hij schrijft hierin dat hij het schoolgeld, vooral dat voor de leerlingen van de hoogste klas, te hoog vindt. Omdat veel ouders, vooral die uit de lagere stand maar ook zelfs enkele andere, hun kinderen dan van school nemen. Hij stelt voor het schoolgeld voor alle klassen gelijk te maken, maar het tarief niet te hoog te bepalen. Omdat er dan waarschijnlijk nog meer kinderen van school zouden worden afgenomen. Hij schrijft verder: "Dat hoe gaarne hij dat in het belang van het onderwijs zoude doen, de geringheid zijner inkomsten hem niet toelaten, om het schoolgeld over het geheel lager te stellen." Hij stelt verder voor: het schoolgeld voor alle kinderen te bepalen op 30 cent per maand. En: "Indien de raad zoude kunnen goedvinden, hetgeen hij in het belang der jeugd zowel als tegemoetkoming in zijne gedurende de laatste jaren door deze en anderen oorzaken verminderde inkomsten deze met 100 gulden zou verhogen." Een van de "anderen oorzaken" zou kunnen zijn, dat hij door het overlijden van zijn tweede vrouw, weer een huishoudster in dienst moest nemen en betalen natuurlijk. De Raad besloot, dat met ingang van 1 januari 1857, Dirk 100 gulden verhoging krijgt mits hij vanaf die tijd niet meer dan 30 cent per kind per maand aan de ouders in rekening brengt. Het salaris van Dirk bedroeg toen 604,— gulden per jaar. In die jaren begon het Rijk zich meer met het onderwijs te bemoeien. Er kwam een pensioenfonds en er werden minimum salarissen vastgesteld.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 2009 | | pagina 51