Ijzertijd
Bebost of kaal?
ontzandingen in het verleden kunnen veel bewoningsporen zijn ver
dwenen. Alertheid voor nieuwe en aanvullende vondsten is daarom
zeker op zijn plaats.
Met de 8s,e eeuw v. Chr. begint een nieuw tijdvak, de Ijzertijd. Al
geruime tijd daarvoor vond een klimaatomslag plaats naar een natte
periode, Duinkerke I. De bewoning in het oosten van West-Fries
land moest door wateroverlast en door veengroei het
veld ruimen. Vanuit het duingebied begon in de 7de
eeuw v. Chr. langs de oostkant van het Oer-IJ de
bewoning schuchter opgang te komen. In de loop
van de vierde eeuw v. Chr. raakten de kreekoevers
in de aangrenzende veengebieden bewoond. In heel
Noord-Holland is er een bewoningspiek in de eer
ste eeuw vóór en de eerste twee eeuwen na Chr. Bui
ten het duingebied blijken dan grote delen van de
Assendelver Polders, Krommenie, Uitgeest en de
Kop van Noord-Holland bewoond. Ook in de meer
oostelijke veengebieden zoals De Woude en rond
Marken-Binnen zijn vondsten uit de late Ijzertijd
niet zeldzaam. Hoe zit dat met Akersloot?
Globale aanduiding
vindplaatsen Ijzertijd,
m.u.v. no. 4 en 5
Bij veel verkenningen in Akersloot zijn vondsten
uit de Ijzertijd aangetroffen. Bij slechts enkele vind
plaatsen kan worden gesproken van 'in-situ' vond
sten. Het merendeel van de vindplaatsen bleek sterk verstoord waarbij
het niet is uitgesloten dat veel van het aangetroffen materiaal door
vroeger grondverzet is verplaatst. Het merendeel van de vindplaat
sen ligt in het centrum van Akersloot of ten zuiden ervan. Het aantal
IJzertijdvindplaatsen op de Dorregeest is duidelijk groter. De strand-
wal was er breder en het Oer-IJ beter bereikbaar. Was Dorregeest
hierdoor aantrekkelijker?
i
•S
Waren de strandwallen begroeid of kaal? Waarschijnlijk spaarzaam
begroeid en dan pas na geruime tijd; dat is een reëler beeld dan een
begroeiing met bossen, zoals het Heiloërbos dat overigens pas in de
17dc eeuw is aangeplant. Slechts bij de bredere strandwallen zal aan
de luwzijde (doorgaans de oostkant) spontaan boomgroei hebben
plaatsgevonden. Als er bij aanvang van de bewoning al sprake was
van opgaande begroeiing, dan maakte de grote behoefte aan hout er
86