Dus dat heb ik nog een tijd gedaan, ik vond het leuk werk hoor,
lekker buiten.
Mijn broer Arie is zes weken later, nadat hij in Duitsland te werk
was gesteld, met nog een jongen gevlucht in een wagon. Bij de grens
is hij echter weer opgepakt en teruggebracht. Nou toen heeft Arie
ros gehad hoor. Toen ik op de hoogte was dat hij weer terug was,
ben ik bij hem op bezoek geweest.
Arie was enorm toegetakeld, hij zat onder de striemen.
Toen ik hem zag dacht ik, 'als hij nog een paar weken leeft dan is het
gebeurd
Arie heeft toen zes weken vastgezeten.
Elke ochtend om zes uur moest hij het bed uit, zonder kleren om de
barakken heen lopen en zich aan een lange goot wassen met ijskoud
water.
Daarna kreeg hij brood en wat drinken en vervolgens als straf moest
hij de hele dag stenen van het ene punt naar het andere punt bren
gen, steeds maar heen en weer.
Als zijn rug dan een beetje krom ging, ging de riem eroverheen.
Moeder zei altijd: "Lauw komt er wel door, ik zit meer over Arie
in".
En moeder had gelijk, ik heb het allemaal wat luchtiger ervaren, lol
gehad en ook veel gelachen.
Ik deed mijn werk en op zondag ging ik naar de kerk. Daar moest ik
een uur voor lopen. In een kapelletje naast de kerk zongen de klooster
zusters en er woonden ook drie broeders. Nadat ik een aantal keren
de kerk had bezocht en de broeders inmiddels wisten wie ik was en
waar ik vandaan kwam, kreeg ik voor de terugreis een dikke snee
brood met spek mee.
De jongens die in de fabriek bleven, deden wel eens sikkeneurig
tegen me, want op zondag moesten er wagons met hout gelost wor
den en door het kerkbezoek kwam ik daar meestal onderuit. Later
namen ze dat niet meer en werd er een lijst opgemaakt, dus ik moest
toen ook hout lossen.
Mijn broer Arie was eerder thuis dan ik. Van die periode in Duits
land heeft hij best een knoei gehad.
Na ruim twee jaar, toen we door de Amerikanen werden bevrijd,
ben ik samen met Cor Goeman, met paard en wagen, op huis aange
gaan. We legden ongeveer 25 km per dag af.