acht de tuberkelbacil te bestrijden met een "mestkuur": 3 borden
pap, 3 eieren en 6 bekers melk per dag. In die tijd kwam de yoghurt
op de markt, een halve fles blubber met een halve fles water erop.
De smaak was in ieder geval beter dan die van warme gries- of
havermoutpap, midden in de zomer! Mijn moeder bakte weieens
een ei voor de afwisseling. Eigenlijk mocht dat niet, het moest licht-
verteerbaar zijn, slap gekookt of geklutst in warme melk. Toen mij
aan te zien was dat er vele kilo's bijgekomen waren, kreeg ik wei
eens karnemelk, maar dat mocht niemand weten. Na 1947 heb ik
geen melk meer gedronken en alleen met Pasen eet ik een ei, maar
wel keihard gekookt.
Als je genezen was bleef je nog jaren onder controle, eerst om de 2
maanden, later om het halfjaar.
Ik was 7 toen ik na 2 jaar hoesten "gesnapt" werd en 15 jaar toen ik
mijn "ontslag" kreeg.
Mijn oom. Eis Schotanus van de Koningsweg, heeft jaren in de tent
gelegen, daarna in de Friedman Stichting, een onderafdeling van
Sanatorium Zonnestraal in Hilversum.
Omdat een halve long "verkaasd" was door de t.b.c. werd hij als één
van de eersten in Nederland geopereerd in Utrecht. Een halve long
eruit, een hele ingreep in die tijd. Hoewel hij toen van de t.b.c. af
was, kwam hij van de regen in de drup. Door die cholesterolrijke
voeding waren z'n bloedvaten verstopt en moest hij veel operaties
ondergaan om dat weer te verhelpen.
Hij was één van de eersten met t.b.c. in Akersloot. Hij liep er al ruim
een jaar mee rond (en heeft in die tijd mij besmet) vóór hij in maart
1947 naar het consultatiebureau ging. Toen de diagnose gesteld was,
vroeg mijn moeder aan dokter Gerritsen of ik er ook heen mocht,
omdat ik de hele winter al gehoest had en broodmager werd. Op
3 april 1946 stond ik daar op de weegschaal en "moest" er in 3
maanden 10 kilo bij. Dat lukte ook nog!
In die tijd was het dat een vader, moeder en baby in drie verschil
lende sanatoria lagen, ver van huis. Niemand had nog een auto, ie
dereen was arm. Van elkaar gescheiden, weinig bezoek, daar kwam
het op neer. Voor dit gezin was het dus tegen wind in behangen,
want als iemand depressief is haalt hij oppervlakkiger adem dan
normaal en om die tuberkelbacil te verdrijven was frisse lucht nodig
tot in de topjes van de longen. Ze zullen niet echt vrolijk geweest
zijn, dus hebben ze het zwaarder gehad dan wie ook. Het is zo'n
67