Jan Deijlen en Aagie
Steeman. Foto 1929
herinneren. Mijn moeder ging er wel naar toe op de fiets. Ze stier
ven allebei toen ik een jaar of zes was. Toen we er heen gingen zag
ik mijn neven en nichten maar ik mocht niet mee naar de begrafenis.
De dood was een taboe. Wat dat betreft werden kinderen er buiten
gehouden.
Mijn vader, Jan Deijlen, trouwde op 14 mei 1929 met
Agatha (Aagie) Steeman geboren in 1904 in
Castricum. In 1920. voordat zij trouwden is de oude
smederij gesloopt en op dezelfde plaats een nieuw
huis neergezet. Dat huis staat er nu nog (Melker). Mijn
vader en moeder gingen beneden wonen en boven
aan de voorkant waren voorzieningen voor mijn groot
vader: een slaapkamer en een woonkamer. Hij keek
zo vanuit z'n kamer het plein over, dat vroeger Kerk
plein heette. Het huis had no. 78. Mijn moeder deed
alles voor hem. Ze hield zijn kamers schoon en waste
zijn kleren. Grootvader heeft jarenlang daarboven
gewoond. Beneden was ook weer de smederij want
mijn vader nam het beroep van mijn grootvader over.
Zijn broer Siem had geen zin in de smederij. Hij werd
slachter van beroep en werkte voor zichzelf. Hij
trouwde met Catharina Adrichem uit Uitgeest en kreeg
vijf kinderen. Zus Christien trouwde met Willem
Baltus, gemeentewerker, en ging in Uitgeest wonen.
Ze kregen vijf zoons en een dochter.
In dat nieuwe huis aan het Kerkplein zijn 11 kinderen geboren, ze
ven dochters en vier zonen. Ik. Adrianus Cornelis, was de oudste,
geboren op 28 oktober 1931. Na mij kwamen. Cis, Jos, Ria, Kees,
Hans, Ans, Rob, Lidwien, Hedwig en Bernadette.
In de smederij deed mijn vader mechanisch werk voor de boeren,
machines repareren, smeedwerk, ook loodgieterswerk maar hoofd
zakelijk elektra. Mijn vader kon van alles. Er was een smidsvuur
naast de winkel en daarvoor moest extra premie voor de verzeke
ring worden betaald vanwege het rietdak van de boerderij ernaast.
Mijn vader was ook jaren bij de brandweer. De brandsirene stond
op het gemeentehuis.
4