Met z'n drieën de slangenwagen gepakt. Met flinke gang naar de brand. Intusschen arriveerden de verschillende brandweerlieden. De standpijp werdt geplaatst en slangen uitgerold naar de achter kant van het perceeldaar had Zoon reeds de ruiten ingeslagen en de zolderdeur. Verkeerd aangepakt want een straffe wind stond op deze kant. Het perceel was in een wolk van rook gehuld. Een uit slaande vlam was niet zichtbaar, inmiddels ladders aangerukt en eenige brandweerlieden op de ladders en spuiten niet tekort. Ingewonnen inlichtingen gaven aan dat de zolder geheel open was, dus zou de vuurhaard op zolder moeten wezenwant in de woonka mer of winkel was geen vuur te bekennen. De vuurhaard zou wel gauw genoeg gevonden worden. Door de dikke rook kon de zolder niet benaderd worden. J. Jak krui pend over de zolder, zou de vuurhaard opsporen en bleef beangstigt lang weg. En kwam met het bericht, na zijn dringende terugroeping, dat er een muur stond op eenige afstand. Dus dat al het water geen uitwerking had. Om de rook een uitweg te geven werd door ons aan de voorkant van het perceel een ruit ingeslagen, waardoor de rook naar buiten een uitweg vondt en de mannen achter zicht kregen en op zolder de vuurhaard konden aantasten. Intusschen meende Jak een aanval op de vuurhaard te kunnen doen. In het midden van het midden van het perceel aan de noordzijde, maar moest met de meeste spoed verdwijnen daar de pannen om zijn oren suisden, doordat de mannen op de zolder het doorgebrande dak van binnenuit bespoten met 2 slangen en hout en pannen door de lucht vlogen. Op de lad ders beleefden onze mannen noch een komisch moment, 5 mannen stonden op de ladder en door overgeven van de straalpijp in andere handen, geraakte de brandweerhoed van S. Leijen op drift en be lande met een sierlijke bocht midden in het brandende perceel, zon der dat de eigenaar besefte waar deze gebleven was. Intusschen de brand gebluscht doch op de zolder stond een halve voet water. Een luik bij de brandhaard werd opengelegd en het water golfde naar beneden. Het water op de zolder werdt naar beneden gelost en in het perceel in de gang en in een kamertje werdt een gat in de vloer gehakt, waardoor het water afvloeide onder de vloer. Een inspectie op het dak, bracht nog vuur te voorschijn in vogelnes ten, welke verwijderd werden. Het geheel gaf een droeve indruk een doorgebrand dak en vee! waterschade. Het gemis van een paar rookmaskers werdt hier wel heel sterk ge voelt, daar bij aanwezigheid hiervan veel schade had worden voor komen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 2003 | | pagina 32