klaar was de "zomerstalling". In warme zomers was er altijd een
aangename temperatuur. Op de lange regel bevindt zich nog steeds
de koes. Vooral Jaap en Jan hebben daarin geslapen. En in de winter
kon het wel eens gebeuren dat, als zij 's morgens hun klompen weer
wilden aandoen, ze merkten dat de koeien, over de schutting heen,
er iets in hadden gedaan. In de stal hing er altijd een bepaalde,
vertrouwde geur. En die was in de zomer niet dezelfde als in de
winter, wanneer de koeien en het ander vee op stal stonden. Er was
altijd een bepaalde boerderij-lucht in en rond de boerderij. In de
oorlogstijd heeft de familie Winkel uit Beverwijk, toen de Duitse
bezetter hun woning had gevorderd, als evacués nog enige tijd in de
zomerstal gewoond. Een familie waarmee nog lang na de oorlog
contact werd onderhouden.
Wat in mijn jeugd ook gebeurde was het particulier slachten.
Dan kwam slager Borsjes, de voorganger van slager Hoogland, naar
de dors om daar "clandestien" zijn werk te doen.
Er werd nogal wat zelf gemaakt. Zo werden, op een kacheltje
achter de grote deuren van de dors, suikerbieten gekookt, om zo aan
suiker te komen. Zelf karnen en kaas maken kwam ook regelmatig
voor. En niet te vergeten de biest die, als er een kalf geboren was, er
voor zorgde, dat er heerlijke pannenkoeken gebakken konden
worden. Hoe meer je met vroeger bezig bent hoe meer weer naar
boven komt. Al lezende komen er bij u misschien ook allerlei
herinneringen aan vroeger tijden naar boven. Dit zijn slechts enkele
flarden van een verleden tijd, die ik op de boerderij heb doorgebracht.
Van Hubert Kornelisz Poot (1689-1733) is het volgende rijmpje:
Hoe genoeglijk rolt het leven
des gerusten landmans heen
die zijn zaligh lot, hoe kleen
voor geen koningskroon zou geven.
De tijd, dat het leven op het Nederlandse platteland genoeglijk
was, is voor het boeren in deze tijd niet meer van toepassing. En ik
denk dat veel boeren van nu hun lot wel heel graag voor een ander
zouden willen inruilen.
Er is een spreekwoord dat luidt: "De tijden veranderen en wij
met hen". En wat zijn de tijden veranderd! Als onze voorouders
deze tijd zouden kunnen binnenstappen, zouden zij echt niet weten
waar zij terecht zouden zijn gekomen. Wij hebben voor een gedeelte
de veranderingen meegemaakt, niet alleen dat wij ze aan den lijve
80