In die tijd was het prachtig bij het Kerkemeertje. Het water had een zandbodem en er lagen boomstronken langs de kant. Er waren alleen landerijen. Er was ook drijfzand want aan de andere kant van het meer was een bosje waar een keer een paard was weggezakt. De enige grootvader die ik heb gekend is opa Piet Vrouwe. Hij woonde bij ome Cor Vrouwe over huis in de Wilhelmina- straat. Soms kwam hij lopend uit Uitgeest bij ons op visite. Hij kende burgemeester Van den Heuvel want toen de nieuwe jachthaven werd aangelegd, stond hij met hem te praten. Ik heb er vaak gelogeerd. Ik was er een keer toen het vreselijk onweerde. We zaten beneden met dekens om ons heen en ze liepen met wij watertakken te zwaaien. Dat zal ik nooit meer vergeten. Op school blonk ik niet uit, ik was een gewone leerling maar ik ben altijd overgegaan. Voor de rest heb ik geen school gehad, alleen de naaischool. Verder moest je alle dagen die God gaf je moeder helpen, dit doen en dat doen. Of het mooi weer was of er ijs lag, dat maakte niet uit. Ik heb wel eens geschaatst op twee linkerschaatsen, ik heb nooit eigen schaatsen gehad. Ik vind niet dat ik een gezellige jeugd heb gehad. Ik was de oudste en daarom had ik verplichtingen. Dat was in die tijd zo. Toen ik zeventien jaar was, werd mijn jongste broertje geboren. Ik zal nooit vergeten dat ik mijn eerste gekochte jas kreeg. Ik was toen achttien jaar. Ik mocht met moeder mee naar tante Gré, die woonde op de Dijk in Hoorn. Toen we daar aankwamen moest ik eerst op het wasbord luiers wassen. Maar als je achttien jaar bent, wil je ook wel eens gezellig zitten. Later gingen we de stad in en ik kreeg een mooie, bruinige jas en ook een shawl. Ik heb die jas heel lang gedragen. Naailes kregen we van de zusters uit Uitgeest in de kaasfabriek in Akersloot. We moesten alles van papier naaien, onderbroeken, onderjurken. En alles met de hand. In de kaasfabriek was ook nog op zondagmiddag een club voor meis jes, de Gemmaclub. Ik ben er ook lid van geweest, maar niet zo lang. Mijn beste vriendin was Gré Tromp. Gré Leijen en Alie Leijen waren ook schoolvriendinnen. Later trok ik ook nog wel met Nicola van Piet Clots op. Als er geen kousen meer te stoppen waren, mocht je 's avonds wel eens weg. Bij Verduin Op de foto hiernaast, uit 1951Voorste rij v.l.n.r. Wim, vader en moeder, Nellie, Marie, Theo en Ada. Achterste rij: Annie, Tinie, Tinus, Jan, Piet, Hendrik van der Eng, Cor, Gre en Gerard..

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1997 | | pagina 9