Uit de notulen van de brandweer te Akersloot Op 18 december 1856 werd door de gemeenteraad van Akersloot een verordening op het brandwezen vastgesteld. Een van de bepalingen van deze verordening was dat alle mannelijke inwoners van 18 tot 60 jaar oud bij brand moesten aantreden. Een uitzondering hierop werd gemaakt voor zieken en voor mensen die in hun beroep niet gemist konden worden, zoals b.v. de geestelijken, de leden van de gemeenteraad, de arts, de molenaars en de pontschippers. Ook de bewoners van de Oost- en Westwoude, de Starnmeer en de Kogerpolder waren vrijgesteld. Voor deze mensen was de afstand naar het dorp waarschijnlijk te groot. Zoals u hieronder kunt lezen werd dit in 1880 veranderd. Er werd een vast korps aangesteld en ook de beloning die deze mensen kregen, werd aangepast. Den 24ste mei 1880 werd de laatste exercitie gehouden met een dienstbaar personeel van 189 personen. Ingevolgen raadsbesluit van den werd goedgevonden om eene meer goede en geregelde orde bij de brandweer vast te stellen en daarvoor een vast korps aan te stellen en zoveel mogenlijk personen uit de kom van het dorp, en dat het geheele personeel als dienstdoende manschappen kan bestaan uit 84 manschappen. En de directie uit 2 opperbrandmeesters, 1 hoofdcommandeur en 5 ondercommandeurs of kwartiermeesters. Op den 1 juny 1880 werd door de opperbrandmeester J. v.d. Oord en de hoofdcommandeur C. Kraakman tot een verga dering uitgenodigd: Jan Meijnen, Jacob Blokker Nz, Wulbert Kuijs, Nicolaas Blokker en Cornelis Baltus. Die zich allen bereid verklaarden de betrekking van ondercommandant of kwartiermeester bij de brandweer op zich zouden nemen en werden als zoodanig benoemd J Meijnen en J. Blokker Nz, als commandeur bij de perspomp. W. Kuijs en N. Blokker als commandeur bij de zuigpomp en C. Baltus als commandeur over den slanghouders en lantaarndragers. Vervolgens werd er een oproeping gedaan van na het oordeel der directie geschikte personen als dienst doende bij de brandweer. Een genoeg aantal personen verklaarde zich daarvoor te zullen verbinden, en volgens een daarvoor vastge steld regelement, zoowel bij brand als bij de jaarlijkse exercitie per uur te worden uitbetaald.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1997 | | pagina 14