- Piet Min met de "Agatha" (H.M.G.motor) - Winder met een ijzeren aakschip en twee open stalen vletten. Deze schepen voeren onder nummer. Het aakschip, de"160", 15ton werd in opdracht van Andries Winder gebouwd en in 1898 te water gelaten. De vlet "210", 11 ton, werd gebouwd in 1901 en de "142" gebouwd in 1896 werd in 1908 aan C. Winder verkocht. De schippers uit Bakkum die ook van de Schulpvaart gebruik maakten: - F. Hollenberg met de "Door Gunst Verkregen" (zeilschip) en de "Buiten Verwachting" (motorschip). - J. Hollenberg met de "Fiatka" (motorschip) - Thijs Olgers, beurtschipper naar Amsterdam. - Heerd Zonneveld met de "Sivam". Dit schip voer dagelijks met melk van Bakkum naar Amsterdam. - Gebr. Lute met "De Koet" (motorschip). Bovengenoemde schepen die vanaf Bakkum en Limmen naar het Alkmaardermeer of via het Alkmaardermeer naar hun bestemming voeren, waren kleinere schepen (10 tot 15 ton) omdat ze gebruik moesten maken van het Sluisje. Langs deze route kon men twee café's vinden: één halverwege de Limmerkoog bij de brug en één bij de Sluis in Akersloot. Een stet is een aanleg- laad- en losplaats. In 1650 had Akersloot zeven stetten, die door het dorpsbestuur werden onder houden. De meest bekende is het nu nog bestaande stet achter de Molenbuurt. Daar werden brandstoffen gelost voor bakkers en handelaren. Onder anderen werd Siemen Speelman, die aan 't Stet woonde, bevoorraad met turf. Aan de Waterzijde, ter hoogte van het Kloosterlaantje lag ook een stet. De overledenen uit De Woude die op het kerkhof bij de Ned.Hervormde kerk begraven moesten worden, werden per schip naar dat stet vervoerd. Langs het kanaal, waar nu de betoncentrale is, was ook een laad- en losplaats. Aan het Schouw bij café 't Pontje waren twee steigers: een was voor passagiers en de andere voor het laden en lossen van goederen; er werd bijvoorbeeld meel en suiker afgezet voor de winkel van Van Duin aan de Pontweg. Veel Akersloter 36

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1996 | | pagina 36