hembdrok, 1 blaauw Jak, 1 Katoene Schoudermantel met baai gevoerd. 1 Zwarte vrouwen damaste Rok, 1 Halve Rode halsdoek, 1 Zwarte Zijde halsdoek met witte strepen. En heb ik mij dadelijk begeven naar het huis van den Comparant met mij meeneemend Pieter Bakker, Timmerman alhier, teneinde te onderzoeken of bij de voorschreven diefstal huisbraak was gepleegd. Bij welk onderzoek ons is gebleken, dat aan een Raam aan de Oostzijde van het huis een glasruit aan stukken was. Waarvan de scherven op de vloer van het vertrek verspreid lagen, dat zoo als het ons toescheen op die wijze de wervel kan losgemaakt zijn, waarmede hetzelve Raam volgens de verklaring van Jan Reijersz van den Dam, binnenshuis is gesloten geweest zonder dat overigens eenig blijk of spoor van braak aan het Raam of Kozijn te vinden was, en hebben wij de huisdeur eveneens in ogenschouw genomen, waaraan geen gebrek te zien was en waarvan het Slot wel binnenshuis doch niet buiten zonder Sleutel konde worden opengemaakt, waardoor bij ons het vermoeden is ontstaan dat de dader van den gepleegde diefstal het een en ander door inklimmen van het Raam heeft bewerkstelligt en vervolgens in huis zijnde de deur aan de Binnenzijde heeft opengemaakt. Is teevens nog door Jan R. van den Dam verklaard dat hij wel wist dat zijn huisdeur en Ramen voordat hij met zijne vrouw ter Kerke ging waren gesloten geweest, dat hij intusschen de achterdeur en het Raam aan de Oostzijde van het huis had open gevonden toen hij uit den Kerk terug kwam, dat in het voornoemde Raam een glasruit aan stukken was geslagen, dat hij ook de deur van den beide Kasten waarin de goederen gelegen hadden wijd open had gevonden, dewelken wel digt maar echter niet gesloten waren geweest. Van al het welke wij hebben opgemaakt dit procesverbaal hetwelk na gedane voorleezing door Jan R. van den Dam en Pieter Bakker met mij is geteekend ten dage en Jare als boven. (get.) Jan Reijersz van den Dam J. Schoehuizen, Pieter Bakker. Procesverbaal. Op heden den 25 April 1825 hebben wij ondergeteekenden J. Schoehuizen Schout, C. Kleef en C.M. Admiraal Assessoren en D. Bosman Veldwachter der Gemeente Akersloot, gevonden: le In den Keet van Coenraad Hofman staande aan de Schermerdijk onder Akersloot de navolgende goederen te weten, 1 Zwarte vrouwen Rok, 2 Beddelakens, 2 Kussenslopen en 1 Catoenen Schoudermantel met Baai gevoerd, welke dezelve 30

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1996 | | pagina 30