tens. Trouwfoto van Andries Derksen en Annie Verduin.
We voeren naar allerlei plaatsen, veel stenen naar Schoorldam en Den
Helder. Voor de bevrachting moest je zelf zorgen. Er waren
bevrachterskantoren in verschillende plaatsen. De kasteleins van cafés
zoals in Zaandam waren vaak commies of bevrachter. De kasteleins wis
ten de schippers een tijd in het café te houden door te zeggen dat ze nog
geen contact hadden en weer moesten bellen. Ondertussen zat je als schip
per te wachten en nam je weer een borrel. In Alkmaar was Schut de
bevrachter. Hij had ook een boekhandel op de Laat. Een schipper moest
zelf zorgen voor het laden en lossen van zijn schip en ook het ruim
schoonmaken.
Onze oudste dochter Nelly is eind 1941 op "De Vriendschap" geboren.
Het schip lag toen aangemeerd op 't Stet. Toen we in IJsselstein voeren
ruilden we een kinderwagen voor een beetje olie.
In 1942 werd het schip door de Duitsers gevorderd om naar Rusland te
varen en wij moesten er van af. We gingen als knecht varen op "De
Koophandel"; we vervoerden groente, meestal kool. Toen wij op dat
schip voeren, is in januari 1943 Gerard geboren. Ik woonde rond de
bevalling aan de Kerklaan in het huis waar mijn grootvader gewoond
had. Ome Klaas woonde aan de voorkant en ik in het achterste gedeelte.
Daarna werden we verplicht om voor de wehrmacht te varen. In grote
schepen van 1300 ton voeren we over de Rijn, achtereenvolgens op de
"Risico" en op de "Linge". Het was een verschrikkelijke tijd. We moch
ten niet meer naar Holland. We hebben Basel, Karlsruhe, Ludwigshaven,
Mannheim en Keulen zien platgooien en heel veel uren in schuilkelders
doorgebracht. Na een jaar kregen we een vracht naar Holland en daar
zijn we ondergedoken en hebben via kennissen in een wegenbouwkeet
7