Op 2 februari was het boerenknechten en boerenmeidendag. Op die dag kon je van baas wisselen als je een betere
gevonden had maar ook de boer of de boerin konden een ander in dienst nemen. Mijn moeder is toen bij Klaas Meijne in
Akersloot begonnen. Ze diende daar voor dag en nacht en moest hard werken. Om vijf uur 's morgens melken en ook het
huishouden doen. Als het vasten was, kreeg ze veertig dagen lang maar één maaltijd op een dag. Dat was toen zo. Ze sliep
in de koets op de koeiestal en deed daar ook wel naaiwerk. Fietsen kon ze niet. Als ze naar huis ging moest ze vanaf het
Schouw met de Alkmaar Packet naar Alkmaar, dan met een kleiner schip naar Schoorldam en daar vandaan met het
trammetje naar Schoorl.
Ik heb mijn grootmoeder van moederskant ook nog gekend en ben ook met de Alkmaar Packet en het trammetje naar
Schoorl geweest. Als je het stationnetje van de tram uitkwam moest je over een paadje en daar stond eenzaam in een bosje
aan de Nollen een klein huisje.
Mijn vader en moeder trouwden in 1910; mijn vader was toen 24 en mijn moeder 27 jaar. Ze gingen aan de Koningsweg
in een klein huis wonen. Later heeft Lou Baltus er gewoond. Het huis is nu afgebroken en stond op de plaats waar het
nieuwe huis van Piet Buur is gebouwd. In dat kleine huisje is m'n zuster Grietje geboren. Daarna werd een broertje
Johannes geboren. Hij stierf op 2/i jarige leeftijd aan een zware kou. Het kan ook wel longontsteking zijn geweest.
Daarna verhuisden m'n ouders naar de Pontweg, een huis achter Piet Terluin. Dat huis staat er niet meer, dat is jachthaven
geworden. De Geesterweg was er toen nog niet en dat gedeelte heette ook Pontweg. De Pontweg was toen een paarden-
padje. Daar ben ik geboren op 13 augustus 1915 midden in de nacht bij een dikke donderbui en mijn vader was niet thuis.
Ik kreeg de namen Anna Maria en werd Annie genoemd. Ongeveer in 1920 zijn vader en moeder met hun twee kinderen
naar de Julianaweg verhuisd en kwamen te wonen in een lang huis dat door drie gezinnen werd bewoond. Dat huis stond
tegenover Melker vlak bij de Meerweg. Ik kan me nog best herinneren dat we op de Julianaweg woonden. Onze buren
waren Piet Overpelt en Dirk Buter de kleermaker. Naast ons, op de hoek van de Meerweg stond een klein boerderijtje.
Daar woonden Jan Kramer en Siempie van Dam. Aan de overkant van de Meerweg woonde Zijp en daarnaast slager
Kuiper en daar weer naast Jan Verduin. Achter ons stond het huis van Dil. Op de Julianaweg zijn mijn broer Klaas en mijn
zus Hannie geboren. Er waren dus drie dochters en één zoon. Toen ik een jaar of 10 was zijn mijn ouders naar de Kerklaan
verhuisd.
4
