noodzakelijk wordt, dat ieder huisvader zoo voor zich zelve alsvoor zijne dierbaarste panden en verdere
huisgenooten, onder opzien tot en vertrouwen op de Voorzienigheid, die maatregelen neme welke voor
de gezondheid het meest bevorderlijk zijn. En worden mitsdien alle Ingezetenen door den
Ondergeteekende op het allerdringenst en allervriendelijkst verzocht en aangemaand om vooreerst
derzelven woningen, zooveel mogelijk zindelijk en ruim te houden, door het openzetten van ramen,
dezelve dagelijksch van versche lucht te voorzien, alsmede derzelven schoorsteenen te vegen en te
reinigen.
Ten tweeden: Voor eene goede en warme Kleeding te zorgen, zich vooral voor verkoudheid te wachten.
Ten derden: Vooral geene bedorven vleesch, spekvet of andere slechte of bedorven spijs te gebruiken,
vooral geene onrijpe vruchten te eten en verkoelende vruchten slechts matig te gebruiken.
Ten vierden: Zich des morgens vroeg niet nuchteren en zonder iets gebruikt te hebben in de koele
ochtendlucht te begeven.
Ten vijfden: Zich vooral te matigen zoowel in het gebruik van sterken drank als van koud water, wei,
karnemelk en andere verkoelende dranken.
Terwijl uiteindelijk het dragen van een flanellen hemd onder het gewone linnen hemd door verschillende
geneeskundigen ten sterks ten wordt aangeraden.
De ondergeteekende Burgemeester vermaand voorts alle Ingezetenen om zich geenzints voor de
naderende ziekte bevreesd te maken, waarvoor te minder rede bestaat, dewijl de aard der ziekte op verre
na niet zoo gevaarlijk en in geenendeele zoo kwaadaardig schijnt te zijn, dan wel in andere landen, waar
dezelve vroeger heeft geregeerd, het geval is geweest, integendeel behoort men eigenlijk eene goede en
opgeruimde gemoedsgesteldheid te bewaren, maar vooral zindelijkheid, matigheid en eene alleszints
goede leefregel in het oog te houden, zonder evenwel teveel van de gewoone leefregel af te wijken en
onder het getrouw opvolgen van die voorbehoedmiddelen, kan men, onder opzien tot den Almachtigen,
het naderende kwaad met gerustheid afwachten
38