33 Op 3 november 1636 wordt de korenmolen opnieuw verpacht aan de oud-molenaar Jan Cornelis voor 25 gld. in 't jaar. Hij mag in 4 delen betalen. 13 Mei 1637. 1In presentie van wel 20 buren komt men overeen dat de voet-wallen tussen de hekken en rooipalen van de akkers of bezaaide (beseyde) landen minstens twee roe voeten breed moeten zijn. 2. Als iemand van buiten Akersloot in de kerk enige graven wil openen, moet hij eerst aan de kerkmeesters 2 gld. en 10 stuivers betalen, mits de kerkmeesters op hun kosten de graven slechten. De oorzaak daarvan ligt in het feit, dat die van buiten geen schot en loot (belasting) betalen in Akersloot. 3. Degene die van buiten komt en nog geen 16 jaar in Akersloot woont, zal niet mogen genieten van de armengoederen. 21 Maart 1640. Men gaat akkoord met de rekening van "inkomst en uitgave" gedaan door Claes Jansz Groot, Claes Dirckx Butter en Rem Willemsz. die schepen waren in 1638. Ondertekend door Cornelis Willemsz, Jan Pietersz, Allert Tamisz, Claes Jacobsz, Gerrit Jansz, de tegenwoordige schepenen. 18 Maart 1640. Een dito verklaring volgt over de rekening van Cornelis Willemsz, Jan Pietersz en Claes Jacobsz, schepenen in 1630. De rekening is in orde bevonden door Lammert Gherijtsz, Jacob Aeriansz en Pieter Pietersz schepenen. Op 27 maart 1640 wordt een brief geschreven aan de Edel Mogende Heren Gecommitteerde Raden van Staten van Westvriesland en Noorderkwartier. Deze brief is in copie in het Resolutieboek geschreven. Daarin geeft men te kennen, dat door verkoop, successie en smaldeling, de boeken van de landen en vaste goederen in de Jurisdictie van Akersloot zo zijn verduisterd dat de verponding (belasting) niet langer volgens deze boeken kan worden vergaard. Daarom stellen zij voor dat iedere eigenaar de grootte van zijn eigendom opnieuw aangeeft. Hiertegen bestaat veel onwil.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1995 | | pagina 33