Ik mocht doorleren van meester van der Holst en ook van
vader. Ik had de boeken al in huis en ik moest naar de
kweekschool. Maar ik wou zelf niet, ik kon er niet tegen
van huis te zijn. M'n moeder vond het niet zo erg, maar m'n
vader wel.
Toen ik nog op school was en in de zevende klas zat, was ik
al verhuurd als bellemeisje aan de pastorie bij pastoor Wils.
M'n oudste zuster heeft het werk eerst een paar maanden
gedaan tot ik van school kwam.
Als bellemeisje moest je de deur opendoen, afstoffen en
soms tafel dienen. Ik vond het leuk werk. Toen pastoor Wils
weg ging en pastoor Huf kwam, wilde ik niet meer op de
pastorie werken.
Ik ging naar de naaischool in Uitgeest en haalde er een
lingerie-diploma, want vroeger maakte je je ondergoed zelf.
Daarna ging ik hier en daar naar toe om te helpen als het
nodig was, maar nooit ergens vast. Je kreeg er wel wat geld
voor maar dat was niet veel, het was meer burenhulp.
Vroeger was alles een kleinigheidje. Ik heb bij heel wat
mensen gewerkt, ook bij Niek Blokker en Wouter Buren.
M'n zuster en ik werkten ook bij de broers en zuster van
vader, toen die ouder werden. Dat waren Kees, Jan en
Geertje. Mijn broer Niek woonde vanaf zijn derde jaar bij
hen.
Kerk schoonmaken. Van boven naar beneden en van links naar rechts:
Arie Krom, Agie Swart, Piet Velzeboer, Gré Kaandorp, Jo Velzeboer,
Corrie Leering, Agie Kaandorp, Jan Terluin de brandstoffenhandelaar.
Foto 1941