het geprobeerd, maar ik kon het niet meer inhalen. In die tijd stierf m'n moeder en ik was niet meer in staat om
te leren, ik zag het studeren niet meer zitten. Ik ging terug naar de boerderij, waar m'n broer Gerard met z'n
vrouw Bets Commandeur woonde. Dat was mijn thuishaven. Ik ging op de boerderij kippen houden en ik ben
daar twee jaar mee bezig geweest.
Vroeger gaf ik Griekse en Latijnse lessen aan seminaristen en in de tijd dat de mensen zich voorbereidden op
emigratie heb ik ze Engels geleerd. Men gaf mij het advies om naar de kweekschool te gaan. Ik ging weer
studeren op de Rijks Kweekschool in Alkmaar. In 1954 studeerde ik af. Ik kon meteen op de Jacobusschool
invallen als vervanger voorjuffrouw Putter. Pastoor van den Berg was er tegen dat ik daar les gaf, omdat ik mijn
opleiding niet op een katholieke kweekschool had gevolgd. Van 1954 tot eind 1959 heb ik les gegeven in Uitgeest
en Limmen.
In mijn jonge jaren heb ik niet veel contact gehad met leeftijdsgenoten. Eerst was er de kostschool en later de
studie met massa's huiswerk.
Maar er kwam een soort reactie op m'n eerdere leven, ik kreeg vrije tijd en leerde andere Akersloters kennen.
Veel vriendschap heb ik ondervonden bij het café met dezelfde naam en ook bij 't Pontje heb ik genoten van de
gezelligheid en het uitzicht. Verder denk ik nog met plezier terug aan het jongerentoneel met kapelaan de Boer.
Ik speelde zelf toneel. Meestal was ik boef of een geheimzinnig persoon. Ik kreeg belangstelling voor de plaatse
lijke politiek, werd lid van de Vrije Lijst en kwam later in de gemeenteraad.
Ik ben veel op vakantie geweest in Europa en vooral in Engeland, waar m'n broer woonde. Gezamenlijk trokken
we het land door met inbegrip van Wales en Schotland. Daar denk ik nog graag aan terug.
In 1959, ten tijde dat meester de Jong hoofdonderwijzer was, kwam er weer een plaats vrij op de Jacobusschool
en ik ben er voor vast aangenomen. Ik stond het liefst in Akersloot voor de klas, omdat ik de kinderen en hun
ouders kende. Ik hield er van dat de kinderen beleefd waren. Mijn principe was geen kind te laten zitten. In mei
1971 ben ik met lesgeven opgehouden, omdat ik een virusziekte kreeg.