't Hof was de animator. In het voorjaar van 1903 werd zij gehouden in de zaal van café Akkerman in de
Kerkbuurt. De entree was voor personen beneden 15 jaar 5 cent, daarboven 10 cent per persoon.
De eerste jaren was de tentoonstelling een succes, maar in een koud voorjaar kwam de bloeitijd later dan
gewoonlijk. Het tijdstip van de tentoonstelling werd verschoven. Wat bleek nu. Het was Paaszondag en dan deed
men zoiets niet. De week daarna werden er groene veilingen gehouden, dat gaf te veel drukte voor de kwekers.
Het jaar daarvoor was het resultaat financieel negatief geweest. De zin raakte eraf. De tentoonstelling is daarna
niet meer gehouden.
Een andere ontwikkeling diende zich aan. De groene veilingen werden steeds georganiseerd door de
veilingmeesters. Zij rekenden 4 procent van de opbrengst voor zichzelf en daarbij kwamen de kosten voor een
notaris. Alles bij elkaar was dit geen goedkope zaak. In De Zuid (Het gebied ten zuiden van Haarlem) was het
Hollands Bloembollenkwekers Genootschap opgericht. Daar konden onderafdelingen lid van worden. Zo ontstond
hier een afdeling die zich noemde Bloembollenkwekersbelang, opgericht 23 maart 1905. Op de ledenlijst staan
34 namen van Akersloter kwekers. De vereniging had ten doel de bollen van de leden voor een lager percentage
te veilen en zonder een notaris. Ieder jaar werd vergaderd en tijdens deze vergadering werden de gelden
uitgekeerd aan hen die verkocht hadden na aftrek van de kosten. Ook het geld dat niet werd betaald door de
kopers, om wat voor reden dan ook, werd in mindering gebracht.
Tot 1928 functioneerde deze vereniging. Het Hollands Bloembollenkwekers Genootschap is nu de C.N.B., één
van de grote bloembollenveilingen in ons land. Intussen ging de afdeling verder. Het financieel gedeelte beliep
per jaar aan contributie en andere inkomsten ongeveer 26 en de uitgaven 20, zodat de winst nu niet direkt
aanleiding gaf tot bokkesprongen. Men vergaderde, besprak de beschrijvingsbrief van de grote vergaderingen in
Haarlem, waarbij men vertegenwoordigd diende te zijn met twee afgevaardigden uit de afdeling. De belangen
van de telers uit eigen dorp werden in deze vergaderingen besproken. Na de sluiting zat men nog even na. Voor
de goede orde werd bij toerbeurt in de verschillende cafés vergaderd, want de kasteleins waren ook lid van de
afdeling.