Hoornstra vertrekt, er moet een nieuwe hoofdonderwijzer benoemd worden. Uit drie kandidaten kiest men
meester P.G. Appelboom. In 1889 werd de grondwet herzien. Ook het bijzonder onderwijs werd erkend en
gefinancierd. Dit had vergaande gevolgen voor het in stand houden van de dorpsschool, waarvan het aantal
leerlingen voortdurend net te weinig was. Om opheffing te voorkomen moest de Raad jaar in, jaar uit, strijd
leveren met Gedeputeerde Staten. Op 4-9-1889 kondigt de burgemeester aan:
"Dat den 1 dezer de nieuwe opgerigte bijzonder Roomsch Catholieke School in het dorp
alhier is geopend, en daardoor het getal schoolgaande kinderen op de openbare school
is gedaald tot 78, zoodat het personeel daaraan werkzaam, dient verminderd te worden,
na deliberatie over deze aangelegenheid wordt besloten tot 1 Januari a.s. geene
verandering in het personeel te brengen, maar met dat tijdstip de onderwijzer Bouwman
en de onderwijzeres eervol te ontslaan, de jaarwedde van de onderwijzer Smit van ƒ77,00
op ƒ650,00 te brengen en het onderwijs in de vrouwelijke handwerken op te dragen aan
een meidje, dat zich hiertoe bereid heeft verklaard, en er bekwaam voor is, tegen eene
beloning van ƒ150,00 's jaars."
Dat "meidje" is Maartje de Ruiter. Ze huwt met P. Timme en gaat tegenover de school wonen. Ze krijgen twee
dochters, Nel en Trien, beter bekend als de gezusters Timme. Zij woonden tot op hoge leeftijd samen aan de
Startingerweg en waren net als hun moeder zeer bedreven met naald en draad. Trien is daarbij nog 36 jaar een
zeer geliefde zondagsschooljuffrouw geweest. Zij vormden een schakel tussen het oude en het nieuwe Akersloot.
Op 19 april 1922 wordt tijdens een besloten vergadering van de Raad een brief van de R.K. school behandeld,
waarin toestemming wordt gevraagd om twee extra lokalen te mogen laten bouwen. De Raad vraagt zich echter
af of er geen andere oplossing is, omdat: Er nu eene groote malaise heerscht in bijna alle takken van nijverheid
en handel en iedere buitengewone uitgaven op de begroting, indien enigzins mogelijk, vermeden moet worden.
Burgemeester en wethouders vragen zich af, of het niet mogelijk is dat de R.K. school misschien in het gebouw
van de openbare school kan trekken, omdat op die school maar 40 leerlingen zijn en plaats biedt aan wel 192
leerlingen. Maar alles pakt heel anders uit blijkens een pré-advies dat burgemeester en wethouders op 25 april
aan de Raad sturen: