(gevecht) van den 2October 1799 zich geraden vond van positie te veranderen, desselvs Hoofdquartier van Alkmaar na de Beverwijk te verplaatzen, en die Stad zonder volk te laten, zo rukte daarna de Engelsche Armée voortwaarts en nam op den 3^° Oktober 1799 bezit van Alkmaar, toen was deeze plaats (Akersloot) tusschen twee vegtende Arméën geleegen. En dit dorp wierd door een battaillon Hollandsche en eenige Cavallerie Fransche troupen op den 5^ October bezet, de troupes loogeerden in de Kerk op stroo ende rest in de huyzen. De volgende morgen zijnde Zondag den 6* October waren dezelve vroeg in 't geweer en men hoorde uit de Kerkbuurt dat omtrent het gorthuys (waarschijnlijk Boekei n° 16) geschooten wierd, wel ras ontwaarden men dat de Engelschen van Alkmaar waren komen aanmarcheeren en dat die de Hollandsche en Fransche, alhier attacqueerden (aanvielen), het grootste gevegt viel voor omtrent de Rommeldijk (nu Roemersdijk) en op den Dam bij de Sluys. De Hollandsche en Franschen retireerden (trokken zich terug) zeer spoedig na Dorregeest en dit dorp geraakte alsoo in de magt van de Engelschen. Deze wierpen batterijen op aan de Sluys, op den Dam en op Startingh en werden verder door de kanonneerboten, welke omtrent de Sluys kwamen te liggen, ondersteunt om de Franschen te keeren, dat zij dit dorp niet verder hernamen. Staande de Bataille zijn er twee Koeyen dood geschoten als een van Pieter van der Velden en een van Jan Hooghuis en een koe gekwetst. De Geest lag bezaaid met stukgeslagen geweren, ransels en patroontassen. Het getal van gesneuvelde manschappen zal omtrent 12 of 16 bedragen hebben en deze zijn zoo hier en daar begraven, als een in den tuyn van Arend Roukema, een op den akker van het poepenland (tussen Bosweg en Koningsweg) en zo voord, de gekwetsten wierden na Alkmaar gevoerd en de gevangenen Hollanders en Franschen, omtrent 70 man, waaronder twee kapiteins werden na opgemelde stad getransporteerd. De Engelschen troupes logeerden bij de burgers op Sluys en Startingh en bedreven veel moedwil aan de onweerbare dorpelingen geld afperse was het gemeenste quaad, een ieder die zij ontmoeten moest eraan, veel Ingezeetenen verlieten om dat geweld te ontgaan hunnen wooningen en vlugten na de Schermer en Woude, dan de verlaten huyzen wierden toen alle geplunderd en beroofd, 't Reghuys zelf bleef van hun woede niet ongeschonden, de kisten en Scheepenenkast werden opengebroken, papieren en boeken over de grond geworpen, alle publicatiën en aanschrijvinge verbrand en veele andere deerlijk gehavend of geheel vernietigd, de laden en stoelen op het vuur gesmeten en verbrand, dit geschieden den 6 en 7^ October 1799. Alles was bijna op den 7 October van de Ingezeetenen gevlugt, zeer weinige bleeven in hunnen wooningen. Des avonds bemerkte men een groote beweeging en de Engelschen pakte alle hunne eygen en geroofde goederen in (roofden nog 20 paarden vijf wagen

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Groene Valck - Akersloot | 1990 | | pagina 17