Hij was de bouwpastoor en dat was een zware taak, want er komt heel wat kijken
bij zo'n nieuw op te richten parochie: benoeming van kerk- en armenbestuur, de
bouw van een hulpkerkjegroepen formerenEr was al gauw een groep dames, die
een naaikransje oprichtte om voor de aankleding van het altaar en de misgewaden
te zorgen
Natuurlijk was Matthijs Groot bij deze werkers van het eerste uur. Samen
met W.Koning, Jb.Kraakman, C.J.Groot, R.Mul en A.KonijnIn 1925 had hij al een
eerste bespreking met Mgr. Callier. In de barre winter van 1929 bracht de
Bisschopop verzoek van de deken van Alkmaar, een bezoek aan de Schermer en
werd hij hartelijk ontvangen ten huize van de familie Groot aan de Blokkerweg
De oprichting van de parochie en de bouw van de kerk, school en verenigings
gebouw met woningen dat was zijn grote levenswerk
Zoals gezegd, bekleedde hij veel functies. Zo was hij "hoofdingeland"Een
hoofd-ingeland is lid van het polderbestuurDe polder had een algemeen bestuur,
bestaande uit 18 leden waarvan 12 hoofd-ingelanden en 6 heemradenDeze 6
heemraden vormden het dagelijks bestuurMatthijs Groot is in 1909 hoofd-inge
land geworden en van 1932 tot 1939 heemraadwaarvan de laatste 2 jaar waarne
mend dijkgraaf. Bij de Noorderbank in Alkmaar was hij Commissaris. De Noorder-
bank is begonnen in de Houttil en later in een herenhuis in de Langestraat op de
plaats waar nu de "Lange Augustijn" is. Als hij naar de bank ging vergaderen,
had hij zelfs een jacket aan. Men had toen nog gevoel voor stijl. Zoon Jan heeft
ook nog een tijdje bij de bank gewerkt, want hij had een mooi handschrift en de
directeur wilde hem graag houden. Later is de Noorderbank overgegaan in de
Amrobank. Hij was ook nog directeur van de Onderlinge BrandassurantieDie
brandassurantie bestaat nog onder de naam OVM en stamt al uit 1813. Zijn zoon
Jan Groot is daar ook nog directeur en later commissaris geweest. Jan Groots
schoonzoon is nu de directeur. Een andere functie bekleedde hij bij het
Purmerender Veefonds. Het vee moest indertijd, als het naar de markt werd
gebrachteen fondsmerk hebben. Iedere boer, die een koe verkochtbetaalde daar
12