opkomen. Bart Dekker had mij gezien en
tegen Agie gezegd: "Als dat meisje te
water valt wil ik haar er graag uitha
len". Dat was de eerste keer dat ik Bart
Dekker ontmoette. Hij is na jaren m'n
man geworden.
De ouders van Bart Dekker waren
Jaap Dekker en Margaretha Hof. Jaap
Dekker werkte aan de forten in Wormer-
veer en zijn vrouw had fort arbeiders,
die van ver kwamen, in de kost. Ze
woonden toen in Assendelft.
Een verkering was toen heel anders
dan nu. Op tweede Paasdag, tweede
Pinksterdag en ook in de Vasten mocht
een jongen niet naar z'n meisje.
Toch zagen we elkaar dan wel eens. We
trouwden in 1924. De trouwdag was een
dubbel feest, want m'n vader en moeder
vierden toen ook hun 25-jarige trouwdag.
We vierden het feest op de dors, een
grote ruimte met openslaande deuren. Het
was prachtig weer en 'n pracht feest. We
reden in 'n koetsje, gehuurd van Kuit-
waard. Dat was speciaal voor m'n moeder,
die door een nierziekte niet kon lopen.
Kuitwaard woonde op de plaats waar nu de
Komart is.