de handel te leven. Hij ging met één van hun schepen3 die toen nog van Zaandam
uit met levende paling op Londen voeren. Hij vertelde me dat zijn eerste reis
ook bijna zijn laatste geworden was. Ze werden in de Theemsmonding namelijk door
een Engelse stomer overvaren en verloren hun schip. De opvarenden wisten alle
maal op het Engelse schip over te stappen en brachten het er levend af. Maar in
plaats van in Londen kwamen ze in Hamburg terecht. Dat was de bestemming van die
boot en de kapitein zag blijkbaar geen kans om eerder van zijn onvrijwillige
passagiers af te komen. Van die schepen uit Zaandam wist ik wel af want ze
hebben ver voor mijn tijd al een ligplaats aan de Theems gehad. Ik nam echter
niet veel notitie van het verhaal3 maar het werd interessant toen ik in 1932 een
tweede opvarende van die vergane kotter ontmoette. Op een dag trof ik een man
die veel belangstelling had voor de schepen waar ik op voer. Zelf had hij nog op
de grote windjammers gevaren uit het laatst van de negentiende eeuw. En ook op
de palingschepen van Zaandam op Londen. Hij vertelde me dat hij nog eens met
zo'n kotter schipbreuk had geleden. En toen kreeg ik het verhaal voor de tweede
maal te horenmaar nu van een zeeman. Hij vertelde dat ze in de buurt van het
lichtschip "Galloper" met rustig weer in de mist gelopen waren. Toen hij na de
hondewacht werd afgelost3 hoorden ze van verschillende kanten mistseinen van
schepen. Hij ging daarom niet in de kooi maar stak zijn pijp op en ging even op
de bak liggen. Hij was toen toch vrij spoedig ingedommeldwant toen de klap van
de aanvaring kwam was zijn pijp nog warm! Het moet dus vlak na vieren gebeurd
zijn. Toen hij aan dek kwam zag hij in één oogopslag dat hun schip verloren was.
Maar gelukkig had hun hoofdwant zich vastgehaakt aan het aanvarende schip.
Daardoor kregen ze de tijd om over te komen op de stoomboot. Toen hij al aan dek
van die boot was zag hij dat hun passagier3 het zoontje van de baas3 moeite had
om van boord te komen. Die zag de mogelijkheden die er nog waren natuurlijk niet
zo snel als deze doorgewinterde zeelieden. Hij moest weer terug aan boord van
het zinkende schip om de jongen te redden. Toen ik hem vertelde dat ik dit
verhaal al eens gehoord had en dat ik die jongen in Londen persoonlijk ontmoet
39